Als de vier in de klok zat, ging de eerste fles open. Meggie de Jong dronk zoveel dat ze op een avond haar eigen man niet meer herkende. Maar ondertussen werkte ze gewoon door.
‘Ik ben eigenlijk pas op mijn dertigste echt gaan drinken. Ik had een succesvolle uitgeverij, werkte hard en ik had veel stress. Op een vrijdagmiddag stelde een van mijn mensen voor om een borrel te nemen omdat we zo hard hadden gewerkt. Op dat moment voelde ik dat drank een ontspannende werking op me had.
Na een paar weken dronk ik ook op donderdagmiddag en weer wat later mocht ik van mezelf elke dag een borrel. Zodra de vier in de klok zat. Ik hield mezelf voor dat ik het verdiende. Eerst omdat er altijd wel iets te vieren was, later dronk ik ook als iets tegenzat, als ik verdriet had of boos was. In het begin nam ik bessenjenever met sinaasappelsap, later stapte ik over op gin, vervolgens werd het port en op het laatst dronk ik alleen maar witte wijn. Het rare was dat ik ook heel goed een paar weken achter elkaar níét kon drinken. Als ik bijvoorbeeld op dieet was. Maar zodra ik mijn streefgewicht naderde, mocht ik weer een borrel. En als ik dan dronk, was het ook meteen heel veel. De drank liet ik vaak door het personeel halen. Één voor één stuurde ik ze erop uit. Zelf haalde ik het liefst mijn voorraad bij de supermarkt. Lekker anoniem.
Het was een kwestie van tijd tot de drank mijn dagen beheerste. Als ik naar een verjaardag of een feestje moest en ze kwamen niet snel genoeg met een vol glas, kon ik echt in paniek raken. Op een dag kreeg ik mijn eerste black-out. Ik had thuis al behoorlijk zitten drinken toen een vriendin me belde om te vragen waar ik bleef. Ze zat al een tijdje op me te wachten in een restaurant. Ik was die afspraak totaal vergeten. Daarna volgden er meer. Het kwam steeds vaker voor dat ik geen idee had waar ik de avond ervoor was geweest, en al helemaal niet meer hoe ik was thuisgekomen. Ik stapte gewoon achter het stuur als ik had gedronken. Tot ik een keer met een gloednieuwe wagen over iets heen ben gereden. Geen idee wat het was. Aan de schade van mijn auto, zag ik de volgende dag dat het op z’n minst een flinke stapel tegels moet zijn geweest. Toch stopte ik niet met drinken. Op een bepaald moment was ik zover afgegleden dat ik ’s ochtends voor twaalf uur niet meer op het werk verscheen. En als ik er wel was, was ik meer aanwezig dan dat ik echt iets deed. Het personeel maakte ik wijs dat ik slecht sliep, en daarom later begon. Als iemand eens opmerkte dat ik er beroerd uitzag, verzon ik een griep of verkoudheid en nam daarna demonstratief een paracetamol. Soms lukte het me echt niet om op het werk te verschijnen, dan gaf ik door dat ik afspraken buiten de deur had. Op het werk wisten ze wel dat ik van een glaasje hield, maar dat het zo uit de hand aan het lopen was, hebben ze nooit geweten. Ook voor mijn man hield ik het zo goed mogelijk verborgen. Dat viel niet mee want ik werd erg agressief en tegendraads van de drank. Hij heeft in die tijd geregeld gedreigd dat hij van me zou scheiden als ik niet zou minderen. En dus dronk ik stiekem en ging hem zoveel mogelijk uit de weg. Als hij in zijn muziekstudio onder ons huis zat, dronk ik in de woonkamer. En als hij dan gezellig bij me kwam zitten, vertrok ik gewoon voor een slok naar mijn kantoortje. We leefden totaal langs elkaar heen. Hij wist wel dat ik dronk, maar niet dat het zoveel was. Ik deed steeds meer vreemde dingen.
Exclusief voor
LINDA.abonnees
- Lees LINDA.magazine online
- Aangevuld met exclusieve interviews en verhalen
- Toegang tot exclusieve kortingen en winacties
- Maandelijks opzegbaar