Eet jouw hond niet? Of wil jouw kat de laatste tijd niet meer spelen? Dat zouden depressie-achtige verschijnselen kunnen zijn.
LINDA.nl sprak Claudia Vinke, universitair docent diergeneeskunde aan de Universiteit Utrecht.
Depressie bij dieren
“Dieren kunnen last hebben van een depressie. We noemen het alleen niet zo. We zeggen dan depressie-achtige verschijnselen”, begint Vinke haar verhaal. “Wanneer dieren minder eten, drinken of spelen, moet je dat goed in de gaten houden. Baasjes merken het vaak als er iets mis is. Je ziet het ook vaak in de ogen van het dier. Een soort oneindige, lamlendige blik met het verstand op nul.”
De symptomen kunnen ten eerste duiden op een medische oorzaak, zoals pijn. Maar als dit is uitgesloten, wordt naar het gedrag gekeken. “Als het dier niet kan voldoen aan z’n gedragsmatige behoefte, verliest het de controle over z’n leefomgeving. Het gevoel van oncontroleerbaarheid kan er bij sommige dieren voor zorgen dat ze op een actieve manier reageren. Zoals het heen en weer lopen van ijsberen. Dieren die op een passieve manier reageren, keren in zichzelf en worden apathisch”, legt Vinke uit.
Rassen
Net als bij mensen, kan het ene dier ook socialer zijn dan het andere. Soms zit het in een ras ingebakken dat ze een actievere levensstijl nodig hebben om aan hun behoeftes te voorzien. Bij honden gaat dit bijvoorbeeld om border collies of herders. “Deze rassen hebben een grotere behoefte aan een mentale uitdaging.”
Zitten dieren in een beperkte leefomgeving, zoals in een kooi of kennel, dan lopen ze allemaal risico gedragsproblemen te ontwikkelen. “Ook spelen mishandeling of verwaarlozing een rol in hoe vatbaar dieren zijn voor depressie-achtige verschijnselen. Zo ook genetica en de eerste levensfase.”
Hoe kun je helpen?
“Het belangrijkst is om goed op zoek te gaan naar de oorzaak. Deze moet je aangrijpen.” Voelt het dier zich bijvoorbeeld alleen, moet-ie vaker bewegen of is de huisvesting te klein? “Het advies zal vaak zijn om de omgeving en het management te veranderen. We zien vaak dat de dieren na aanpassingen kunnen herstellen. Af en toe schrijven artsen medicatie voor, maar dat wordt niet snel gedaan.”
Het hebben van geduld is volgens Vinke heel belangrijk. “Ook een dier kan een jaar nodig hebben om weer de oude te worden.” Maar het belangrijkst vindt Vinke dat je goed nadenkt of een dier wel bij je past. “Bij de aanschaf van een huisdier moet je goed bedenken of het ras, het dier en de tijd die je erin moet steken, een match is met je leven.”