Het is februari 2021 als Sharnilah (24) haar moeder verliest aan de gevolgen van corona. Op dat moment ligt haar vader op dezelfde IC te vechten voor zijn leven.
“Toen hij wakker werd, was mijn moeder al overleden”, vertelt Sharnilah.
Het is februari 2021 als Sharnilah (24) haar moeder verliest aan de gevolgen van corona. Op dat moment ligt haar vader op dezelfde IC te vechten voor zijn leven.
“Toen hij wakker werd, was mijn moeder al overleden”, vertelt Sharnilah.
Zoals het de Molukse traditie betaamt, bezoekt het gezin van Sharnilah in januari 2021 de begrafenis van de aan corona overleden nicht van haar vader. Het virus grijpt daar om zich heen. Het gezin raakt besmet. Ze gaan met z’n allen in quarantaine en nemen hun alleenstaande tante in huis.
“Het begon met een beetje hoesten, maar algauw kwam mijn moeder haar bed niet meer uit.” Ook haar vader verzwakt snel, hij vraagt zijn dochter om hem naar het ziekenhuis te brengen. Daar wordt hij opgenomen op de covid-long-afdeling. “Hij vroeg de volgende dag hoe het met mama ging.” Sharnilah vertelt dat haar moeder niet meer eet of drinkt en alleen maar slaapt. Haar vader is bezorgd en vindt dat zijn vrouw ook naar het ziekenhuis moet komen.
“Mijn moeder was eigenwijs en wilde niet, ‘laat papa maar goed uitzieken’, zei ze.” Sharnilah is enig kind en belt haar tante voor advies. “Mama heeft niks te willen,” beslist zij. Na ingewikkelde telefoontjes naar de huisartsenpost – het is zeven uur ’s avonds – komt er uiteindelijk een arts. Die vindt Sharnilahs moeder te verzwakt, ze wordt meegenomen naar de IC.
Sharnilah blijft op dat moment achter om spullen te verzamelen en ze belt haar beste vriendin, met wie ze samen naar het ziekenhuis gaat. Als ze aankomen heeft de arts – dezelfde die ze een dag eerder sprak voor haar vader – slecht nieuws. “Je moeder moet in slaap worden gebracht, ze is er slecht aan toe”, vertelt hij. Het gezin neemt afscheid, ‘komt goed’ zeggen ze nog tegen elkaar.
De nacht erna wordt Sharnilah om half vier wakker gebeld door het ziekenhuis: het gaat slecht met haar vader, hij moet ook in slaap worden gebracht en ze moet nu komen. Weer zit de 24-jarige aan een ziekenhuis afscheid te nemen van een ouder. “Het was precies hetzelfde riedeltje als bij mijn moeder.”
Voor Sharnilah breekt een periode van dagelijkse ziekenhuisbezoeken aan. Eerst zit ze een halfuur bij haar vader, dan bij haar moeder. Ze gaat vaak alleen, want de helft van haar familie zit zelf in quarantaine, de andere helft is bang besmet te raken.
Na 26 dagen krijgt Sharnilah onverwachts te horen dat haar moeder van de beademing wordt gehaald. Haar familie mag afscheid nemen, haar vader is dan nog in coma. “Nadat alle buizen waren losgekoppeld – daar mochten wij niet bij zijn – ging ik samen met mijn oma terug naar binnen. We merkten aan alles dat mijn moeder heel erg ziek was. Ze heeft nog vijf keer in- en uitgeademd en toen was het klaar.”
Bijgestaan door haar familie begraaft Sharnilah haar moeder. “De begrafenis is goed verlopen en het was hoe ik het wilde. We hebben alles professioneel laten filmen, zodat mijn vader het later zou kunnen terugkijken.”
Tussendoor bezoekt ze nog steeds dagelijks haar vader en weet ze: ‘misschien gebeurt wel hetzelfde met papa’. “Hij was er eigenlijk veel slechter aan toe en moest strijden tegen complicaties. Maar hij is sterk. De arts zei ook: ‘Je vader werd steeds bijna wakker door het slaapmiddel heen’.” Maar hij knapt op en wordt wakker; gevoelens van opluchting en groot verdriet overheersen. Sharnilah moet hem vertellen dat haar moeder is overleden.
In juni is komt haar vader weer thuis, na 63 dagen IC, drie weken longafdeling en maanden revalideren. “Hij is een halfjaar weggeweest. Hij is zo sterk. Tijdens zijn herstel wilde hij alleen daar op focussen. Na thuiskomst is hij pas begonnen aan het rouwproces.”
Met Sharnilah gaat het naar omstandigheden goed. “Ik heb mijn studie weer voortgezet en ik probeer mijn leven op te pakken, in hoeverre dat mogelijk is. Ik heb niet echt een keuze.” Zo staat ook haar vader erin: “Hij is heel nuchter en zegt ook: ‘we moeten door’ met de mensen die we hier liefhebben. We weten dat mama in goede handen is.”