‘Vind ik óóit een partner?’ Die gedachte heeft iedereen wel eens gehad. Maar als de angst om voor altijd single te blijven je dagelijks leven beperkt, kun je last hebben van anuptafobie.
Psycholoog over anuptafobie, de angst om single te blijven: 'Volgens de norm moet je settelen'
Psycholoog Rosalie van Gils (39) legt uit wat het is en wat je er aan kunt doen.
Anuptafobie
De vrees dat je jouw prins of prinses op het witte paard nooit ontmoet, krijgt het label ‘anuptafobie’ als het minimaal zes maanden je dagelijks leven beperkt. Singles ontwikkelen onbewust strategieën om met hun angst te dealen. Denk aan het vermijden van feestjes met partners. Of expres niet die ene vriend of vriendin bezoeken die al kinderen heeft.
De psycholoog signaleert twee manieren waarop de angst zich uit: singles vertonen vermijdend gedragen, óf ze schieten in de afhankelijkheidsstand. “Vermijdende singles verliezen zich in afleiding. Zij gaan veel uit of plannen de hele dag vol zonder moment van rust.” Het tegenovergestelde kan ook. “Zoals een vriendin die constant op haar telefoon zit als ze eindelijk contact heeft met een man. Zij accepteert alles om hem aan zich te binden. Vanuit haar drang naar controle raakt ze afhankelijk.”
“Natuurlijk is angst menselijk”, zegt Rosalie. “Maar de vraag is of je de angst uiteindelijk los kunt laten.” Lukt loslaten niet, dan kan dat flinke stress veroorzaken. “Omdat je continu in je hoofd zit, ontwikkel je mentale problemen die lijken op overspannenheid. Je kunt je moeilijker concentreren, je geheugen verslechtert, slapen wordt moeilijker en andere angsten kunnen versterken.”
Onderliggende angst
Hoeveel mensen precies aan anuptafobie aan lijden is onduidelijk. Wel ziet Rosalie vooral twintig- en dertigjarige vrouwen met een kinderwens worstelen met dit probleem. “Volgens de norm moet je dan settelen.” Er hangt een taboe rondom anuptafobie. “In deze maatschappij moeten vrouwen sterk en onafhankelijk zijn en hebben zij geen man meer nodig. Maar diep van binnen voelen zij de behoefte aan een partner.”
De angst om die partner niet te vinden ligt vaak aan de oppervlakte van een onderliggende angst over jezelf. “Als we doorvragen waar hun échte angst vandaan komt, zien we een gebrek aan zelfvertrouwen. Het is de vrees om te falen en er niet toe te doen zonder partner.”
Rosalie leert haar cliënten het voelen van de angst te accepteren, maar deze wel in twijfel te trekken. “Het stemmetje in je hoofd die schreeuwt dat jij alleen blijft heeft helemaal geen glazen bol. Wie zegt dat jij over vijf jaar nog alleen bent?”
Wat te doen?
Op internet staan veel korte termijntrucjes, zoals een 5 minuten durende ‘piekerwekker’ of je agenda volproppen met afleiding. Maar dat werkt allemaal niet volgens Rosalie.
Op de lange termijn moeten structurele strategieën verbeteren om het stemmetje in je hoofd niet zo serieus te nemen. “Bij mensen met een stabiele basis hebben dit soort angsten minder effect. Zij beseffen dat je geen relatie nodig hebt om gelukkig te zijn.” Een coach of psycholoog kan je helpen deze strategieën te verbeteren en vanaf een afstandje naar jezelf te kijken.
Het eerste wat je nu kunt doen om met deze angst aan de slag te gaan is je bewustzijn vergroten. “Veel mensen die hieraan lijden hebben dat zelf niet door. Door je eigen angst in te zien, krijgen veel mensen al een lampje boven het hoofd.”
Huilbuien en suïcidale gedachten: mannen en vrouwen gaan écht anders om met liefdesverdrietLees ook