Uit Brits onderzoek blijkt dat één op de vier al een jaar niet knuffelt. De cijfers verbazen psycholoog en seksuoloog Eveline Stallaart niet. Ook zij ziet de knuffelangst en eenzaamheid.
“We zitten nog steeds in een soort sluimerstaat.”
Uit Brits onderzoek blijkt dat één op de vier al een jaar niet knuffelt. De cijfers verbazen psycholoog en seksuoloog Eveline Stallaart niet. Ook zij ziet de knuffelangst en eenzaamheid.
“We zitten nog steeds in een soort sluimerstaat.”
Je zou denken dat we weer massaal aan het huggen zijn geslagen. Met de vaccinaties binnen, de meeste beperkingen eraf. En toch zitten we, zo eind juli, niet in die langverwachte Summer of Love. Integendeel. Uit recent onderzoek door de Britse denktank Demos blijkt dat één op vier al een jaar niet heeft geknuffeld. Da’s lang. 37 procent van de duizend ondervraagden heeft al een half jaar niet gekroeld.
Wat is er aan de hand? We hebben in ieder geval niet te maken met een overzees fenomeen, zo stelt psycholoog en seksuoloog Eveline Stallaart. “De lockdowns waren daar heftiger, maar ik geloof niet dat de cijfers elkaar enorm zullen ontlopen. Ik zie het dagelijks: mensen die heel lang geen lichamelijk contact meer hebben en daar doodongelukkig van worden.”
Denk: hoogrisicogevallen die uit angst bij anderen uit de buurt blijven, alleenstaanden die niet meer durven te daten, expats die geen vrienden leren kennen. “Ze missen het met iedere vezel uit hun lichaam, maar de stap is inmiddels zo groot.”
Stallaart heeft het over ‘een soort sluimerstaat’ waar veel mensen nog in zitten. “Natuurlijk zijn er jongeren die weer denken: lang leve de lol, maar de meeste mensen zijn nog steeds terughoudend in het contact. Ze hebben zo lang die anderhalve meter afstand gehouden, zichzelf nieuw gedrag aangeleerd.” Dat ‘nieuwe’ is er dus wel een beetje vanaf, van dat ‘normaal’.
Stallaart: “Het is verleidelijker om de boel maar de boel te laten dan de hort op te gaan. Ook al kan er een stuk meer: het voelt nog steeds wat onveilig. Het lijkt ook wel een uitzichtloze situatie; dat stipje aan de horizon schuift steeds wat verder op.” Denk aan vaccinaties die toch minder goed lijken te werken en hoge besmettingscijfers. “Ik snap wel dat je dan liever onder de dekens wil blijven.”
Tekst gaat door onder de foto.
Eveline Stallaart.
Maar doe dat niet, waarschuwt de expert. Een knuffelloos bestaan is namelijk niet onschuldig. Stallaart: “We hebben die knuffel nodig om goed te kunnen functioneren. Mensen zijn groepsdieren; die moeten elkaar aanraken om in verbinding met elkaar te blijven. De dopamine en oxytocine (het knuffelhormoon) die bij het kroelen vrijkomen maken ons brein simpelweg gelukkig.” En het gebrek daaraan? Diepongelukkig. “De wachtlijsten voor de psycholoog waren pre-corona al enorm, nu moeten mijn collega’s zelfs mensen weigeren. Heel verdrietig.”
Het is trouwens een misvatting dat huidhonger per definitie gaat over sex. “We missen juist ook de pakkerds van het vriendschappelijke soort.” Dat blijkt ook uit hetzelfde onderzoek: bijna de helft van de ondervraagden heeft al een jaar lang geen nieuwe vriend heeft gemaakt. “Terwijl dat juist zo ontzettend belangrijk is”, benadrukt Stallaart. Nieuwe contacten stimuleren ook de dopamine in het brein. Daarnaast zijn we geprogrammeerd onze ervaringen te willen delen.
Lees ook
Eerste hulp bij ernstige huidhonger: ‘Boek een massage’
Vooral onder expats is de eenzaamheid enorm, zo constateert de expert. “In mijn praktijk zie ik veel professionals die hier in hun eentje verteren. Ze zijn in een nieuw land, de activiteiten om anderen te leren kennen liggen vaak nog steeds stil.” Met alle gevolgen van dien: zonder enig sociaal leven, voelen ze zich zo ellendig dat ze nu bij Stallaart op de sofa liggen.
Geen fijne geluiden, zo met Internationale Vriendschapsdag, vrijdag 30 juli, in het vooruitzicht. Gelukkig heeft Stallaart nog wel een tip: “Hoe verleidelijk het ook is om door te sluimeren: ga toch echt naar buiten en actief op zoek naar nieuwe contacten.” Vind je huggen met de hele goegemeente wat spannend? “Kies dan één gevaccineerde vriend uit die je innig mag knuffelen.”