Columnist Maike is altijd verrast en er nooit klaar voor: de aankondiging van de avondvierdaagse. Nieuwsbrieven van school, ambachtelijke invulformulieren of jolige appgroepen: de ouderparticipatie is levendig.
Maike vindt daar het hare ervan.
Het moet leuk zijn
Zodra de ‘A4D’ zich aandient, zakt de moed mij in de schoenen om me daar dan vervolgens weer schuldig over te voelen. Want dit moet leuk zijn. Meeloopouders, limo-schenkers, verkeersregelaars en routepijlers: verenigt u.
‘Ik heb het geprobeerd’
De avondvierdaagse, avondklierdaagse, snoepvierdaagse, avondvierklaagse. Het hoogtepunt van het jaar en niet alleen voor de kinderen. Eenmaal bekomen van de schrik (och, alweer ongunstige eet- en bedtijden?), krijgen ook wij als ouders de kans ons beste beentje voor te zetten. Ooit bofte ik met het begeleiden van een behoorlijk ‘energiek’ groepje. Gastjes die moeiteloos een dubbele afstand afleggen door voortdurend uit het gareel te lopen. Nou loop ik zelf ook niet graag in het gareel, maar kom op jongens: even meewerken bij die fokking wandelmars.
Nee dan de gesprekjes. Want natuurlijk kom je altijd precies naast die boring vader te lopen die je met geen mogelijkheid kan afschudden. Zelfs vijf kilometer is lang, met zo’n stumper aan je bumper. Maar goed, alles voor de blozende kindersnoetjes, nietwaar? Nou nee dus: niet waar. En ik heb het geprobeerd.
Oerhollandse traditie
Het maakt me ongetwijfeld een slechte moeder, maar ik-hou-er-dus-niet-van. Best ingewikkeld want hallo, het is een oer-Hollandse traditie. En dan weet je het wel. Die draagt per definitie het predicaat ‘gezellig’. Dus wat loop ik nou te zeuren? Zucht. #fail. Ik hoor dit leuk te vinden maar ik vind het vreselijk.
Wat is er mis met mij? Natuurlijk begrijp ik het gedoe van verschillende starttijden, vier avonden te laat naar bed en het eerder koken en later eten (of andersom, weet ik veel). Maar daar zit ik zelf niet zo mee. Het is het massale. En de geregisseerde ongedwongenheid van deze kudde. Daarbij voel ik weerstand. Potjes met vet uit de mond van ouders, zakken met snoep in de mond van kinderen. Voor mij hoeft het niet.
Toezingen als eerbetoon
Maar zolang mijn kinderen het leuk vinden, wil ik heus mijn snor niet drukken. Dus liep ik echt weleens mee, met zo’n energieke groepje. En vorig jaar nog, bemoederde ik een ‘limonadeschenkpunt’. Me dunkt. Maar dat is niets naast al die andere ouders. Terwijl ik de kantjes er vanaf loop, zetten zij zich elk jaar weer enthousiast in. Voor een vrolijke en veilige A4D. Die ouders. Die moeten hoognodig eens worden toegezongen, als eerbetoon. Tot en met het 84e couplet-al-op-de-tafel-gezet. En dán doe ik mee.