Anna Dekker (33) heeft deze zomer tweeënhalve maand medische hulp verleend aan de bevolking van Oekraïne. Ze maakte de oorlog van dichtbij mee.
Anna (33) ging voor Artsen zonder Grenzen naar Oekraïne: 'Bij een bom lig je trillend in je bed'
In een interview met LINDA.meiden vertelt ze alles over haar tijd in Charkov.
Werken in oorlogsgebied
Anna krijgt voor de zomer te horen dat zij voor Artsen zonder Grenzen naar Oekraïne gaat. “Het is gevaarlijk, maar ik had er ook wel zin in. Ik had het gevoel dat ik daar het werk kon doen wat belangrijk is: mensen helpen die anders geen toegang tot zorg hebben. Voor mij is het de ultieme baan als dokter.”
Op het moment van vertrek staat haar thuisfront er minder om te springen. “Mijn ouders en vriend zijn geen fan. Ze zijn supertrots en ondersteunen mij, maar vinden het ook heel spannend. Hun dierbare gaat naar een oorlogsgebied, ik denk dat geen enkele moeder daar blij mee zou zijn. Ze zouden liever willen dat ik lekker in Amsterdam blijf, maar zien ook dat ik veel uit het werk haal.”
Bommenregen
Als ze het vliegtuig uitstapt, valt ze gelijk ‘met de neus in de boter’. “De frontlinie kwam dichterbij. Op de dag dat ik aankwam was er tweehonderd meter van ons hotel – wat onze basis was en waar ik sliep – een bominslag. De eerste week sliep ik in de bunker en ook daarna was er vaak een bommenregen, maar je weet waar je aan begint en heengaat. Natuurlijk ben ik en is iedereen wel bang, maar het went op een bepaalde manier.”
Werk
Samen met een team van artsen en psychologen ondersteunt ze het gezondheidssysteem van Oekraïne. “In een oorlog is de eerstelijns- en huisartsenzorg het eerste wat on hold wordt gezet, daarin ondersteunden wij. Ook zagen we een enorme psychologische impact bij de mensen. We zetten een mobiele kliniek op in metrostations, schoolgebouwen, dorms of in dorpjes dichtbij de frontlinie.”
“Mijn werk is als arts, maar ook als manager. Daarnaast ben je tijdens de klinieken verantwoordelijk voor de veiligheid van het team”, gaat Anna verder. “Samen met de projectcoördinator en veiligheidsadviseurs bepalen we waar de nood het hoogst is en of we ergens relatief veilig heen kunnen gaan. Voor de klinieken zoeken we gebouwen van een sterke structuur en met een bunker zodat we kunnen schuilen mocht het nodig zijn.”
Schuilen
De veiligheid van het team staat voorop, maar toch komt het weleens erg dichtbij. “Vaak hoorde je in de verte bombardementen, maar een enkele keer kwam het ook tot in het dorp zelf. Dan moesten we voor een periode schuilen in de bunker. Een keer is zelfs de kliniek waar we waren een dag later platgebombardeerd. Dan krijg je wel kippenvel.”
“Ik heb getwijfeld om het aan de mensen thuis te vertellen, maar heb het uiteindelijk wel gedaan. Het komt veel in het nieuws en zij zien ook wat er gebeurt. Mijn moeder en vriend hebben er af en toe wel wakker van gelegen. Ik denk dat het voor de mensen thuis spannender is dan voor mij. De Oekraïners zijn zo’n sterk volk dat met elkaar de schouders eronder zet en hun doorzettingsvermogen is inspirerend. Dat geeft mij de energie om door te gaan.”
Plezier
Er zijn ook fijne en mooie momenten geweest. “Het is hartverwarmend om te zien hoe mensen met zo weinig en zoveel verdriet toch nog plezier proberen te maken. De verhalen van de mensen breken je hart maar daarna sta je wel weer met hetzelfde opaatje zijn zelfgemaakte kersenwijn te proeven in de kelder.”
Anna is sinds september terug uit Oekraïne en zit nu voor haar werk in Kaapstad. “Het had mentaal en fysiek veel impact”, blikt ze terug. “Ik had zoveel gebroken nachten, bij een bom lig je soms trillend in je bed. Dat merk ik nu nog steeds. Het kost tijd om weer even terug te komen en te landen. Hoe gek het ook klinkt, je verlangt ook om weer daar te zijn en samen met je Oekraïense collega’s de mensen te helpen.”
Nadia vluchtte met kind en moeder uit Kharkiv: 'Heb de hele busrit naar de grens gehuild'Lees ook