Leon Verdonschot legt voor LINDA. iemand het vuur na aan de schenen. Deze week is Miljuschka Witzenhausen (39) aan de beurt. De programmamaker, culinair expert en kookboekenschrijver vervangt vanaf maandagochtend Marieke Elsinga in het Qmusic-radioprogramma Mattie & Marieke.
Miljuschka Witzenhausen: 'Voor er Ozempic was, was de golf van zelfacceptatie een stuk groter'
Hoe goed ben je in vroeg opstaan?
“Ik moet er om half zes zijn, dus ik zal rond half vijf moeten opstaan. Of vier. Maar ik kan goed op weinig slaap; ik heb een soort masterclass gehad in weinig slaap. Met eerst twee baby’s die twee jaar niet sliepen en vervolgens een dochter met nachtelijke epilepsie. Ik slaap ook heel licht. Gisteren ben ik om tien uur naar bed gegaan. Dan slaap ik rond kwart over twaalf, word ik om het uur even wakker, denk ik om kwart over drie ‘nu is het tijd om op te staan’, kijk ik op mijn telefoon en zie ik dat dat pas over drie uur is.”
Wat een lichte, korte slaap heb je dan. Droom je wel?
“Niet heel veel, volgens mij. Ik weet ook niet of dat slecht voor me is. Ik droom overdag al genoeg.”
Wat zijn je voornemens als radiomaker?
“Ik vind dat een veel te groot woord voor wat ik ga doen. Marieke heeft daar vele jaren werk en opleiding in gestoken, voor mij is het een superleuk uitstapje. Ik hoef ook niet te weten hoe alle knoppen werken. Het enige dat ik hoef te doen is mezelf zijn. En de scherpste randjes thuis laten, al zal dat soms in de ochtend wel even lastig zijn.”
Je hebt wel eens gezegd dat half Nederland vanaf half december op je site (Miljuschka.nl) zit, op zoek naar een gerecht voor Kerstmis. Daar voegde je aan toe dat je inmiddels hebt geleerd dat mislukkingen in de keuken jou lang niet altijd aan te rekenen zijn. Betekent dit dat je de dag ná Kerstmis boze berichten krijgt van mensen met een verbrande ovenschotel?
Lachend: “Ik heb vooral veel blije mensen in mijn privé inbox. Maar inderdaad, ook wel eens mensen die heel boos vertellen dat het gisteravond ‘niet te vreten’ was. Haha! We proberen onze receptuur zo te ontwikkelden dat alles zo foolproof mogelijk is. Voor mensen die net instappen met koken, hebben we veel eenpansgerechten waar echt gewoon niks mis mee kan gaan. Maar ja, als jij een zeslaagse biscuittaart wil maken met een karamel- en een roomkaasvulling, dan heb je wel een ander gesprek. Dan kan van alles misgaan. Ook bij mij.”
Muzikanten die hun instrument zélf heb leren bespelen, zeggen soms vele jaren later dat ze nog steeds merken dat ze geen opleiding hebben gehad. Merk jij in de keuken wel eens dat je geen koksopleiding hebt gehad?
“Dat merk ik nog, ja. Ik zal bijvoorbeeld nooit zo kunnen snijden als Gordon Ramsay. Maar ik vind het prima genoeg. En ik moet zeggen: ik ontmoet veel chefs en sommige zijn echt fenomenaal. Maar inmiddels maak je mij het meest blij met een simpele maaltijd, waar veel liefde in zit. Bij al dat geneuzel op een bord denk ik al snel: mij niet bellen. En ook van de koksopleiding komen geregeld mensen die vervolgens werken met allerlei kant- en klare marinades, maar zonder liefde voor eten. Juist omdat ik een veredelde huisvrouw ben met mediatalent, kan ik volgens mij heel goed begrijpen wat mensen thuis nodig hebben op eetgebied, zonder dat ze meteen in een kramp hoeven te schieten omdat het zo ingewikkeld is.”
Vanaf 2005 was je presentatrice bij TMF. Bijna twintig jaar geleden. Vind je dat er sindsdien veel veranderd is in de popcultuur?
“We zitten in een totaal andere wereld nu, voor mijn gevoel zitten we op mediagebied in een soort industriële revolutie. Iedereen kan nu beroemd worden vanuit zijn slaapkamer, en het media-aanbod is totaal versplinterd. Er zijn weinig mensen die echt 360 graden media beheersen; die zowel aanwezig zijn op tv, op radio, in print en online. En zelfs al ben je dat, zoals ik zelf, dan nog: ik loop tegen de veertig, dus voor de TikTok-generatie ben ik een soort ouwe sok aan het worden. Ik denk dat TMF in deze tijd helemaal geen levensvatbaarheid meer zou hebben. Ik vond het te gek, ik heb er televisie leren maken, maar ik zag het niet als mijn eindstation. Valerio wilde de nieuwe Rolf Wouters worden, Renate de nieuwe Linda, maar zo stond ik er zelf helemaal niet in, ik dacht: ik zie wel waar het schip strandt. In die tijd waren televisiesterren ook echt heilig, met allemaal gigantische, vaste contracten. Dat is allemaal veranderd.”
Onlangs maakte je bekend af te gaan vallen. Je benadrukte in je boodschap dat je dat doet om gezondheidsredenen en nergens anders om. Waarom wilde je dat zo benadrukken?
“Omdat ik wel happy met mezelf ben als ik in de spiegel kijk, of ik nou 96 kilo weeg of 55. Net als veel andere vrouwen struggle ik met mijn zelfbeeld, omdat ik ben opgegroeid met een bepaald ideaal. Naarmate ik ouder word, zal dat me steeds vaker worst wezen, maar het heeft wel een deel van mijn leven bepaald. Ik vind het belangrijk om te blijven benadrukken dat er verschillende manieren bestaan van mooi zijn. Tot voor kort, of concreter: voor er Ozempic was, was die golf van zelfacceptatie een stuk groter. Inmiddels zie ik dat een heleboel body positivity-influencers een stuk magerder zijn geworden. Op zich oké, al vraag ik me dan wel af: was je wel echt senang met jezelf? Of was dat de maat die je had, maar wilde je eigenlijk toch iets anders? Mij gaat het dus niet om mijn maat, maar om mijn gezondheid.”
Inmiddels maken merken als Nike, ook in hun sportlijn, gebruik van plus size modellen. Is de norm inmiddels wel veranderd?
“Het zal ook wel moéten. Kijk eens alleen naar de kledingmarkt: 62 procent van de vrouwen heeft een maat boven de 42. Dus alleen al zakelijk is het niet slim om je maten maar tot 42 te laten lopen en om het grootste deel van je mogelijke doelgroep onzichtbaar te laten zijn. Dus ja, er is een kentering, en die gaat ook niet meer teruggedraaid worden. Maar, heel eerlijk: als ik een winkel binnenloop, vraag ik eerst, voor ik rond kijk: hebben jullie ook iets boven maat 42? Want dat is bij mooie merken nog steeds vaak de bovenste maat. En het is gewoon heel teleurstellend om iets moois te zien, jezelf daar als een rollade in te moeten persen en er dan nog niet in te passen.”
In een bijzin zei je ook dat je vanwege je werk op sommige dagen wel 5000 calorieën binnen krijgt. Dat zijn er 800 meer dan een profvoetballer. Maar ja, die hoeft niet elk gerecht te proeven.
“Inmiddels heb ik aan één hapje wel genoeg om te proeven of iets smaakt. En door wat ik de afgelopen jaren allemaal heb gegeten, sla ik nu niet meer aan op een zak Haribo. Maar een tompouce van Holtkamp of een mergpijpje van Van der Linde, dat kan ik nog steeds niet weerstaan. Zelfs als ik er niet eens zin in heb.”
Vijf jaar geleden woonde je nog in een flat en kon je geen huis kopen omdat je na je scheiding voor de kinderen had gezorgd en daardoor geen hypotheek kon krijgen. Nu woon je in een woonboerderij en lijk je tropendagen te maken. Nogal wat veranderingen. Kun je die goed aan?
“Ik heb nooit een normaal of rustig leven gehad, vergeleken met mensen om me heen. Mijn leven is altijd veelbewogen geweest, en mijn familieleven altijd anders dan dat van andere mensen. Toen ik zelf aan kinderen begon, was mijn droom: het ideale gezin. Ik wilde het allemaal anders doen dan het in mijn eigen leven is gegaan, dus ik wilde sowieso nooit scheiden. Nou, dat is dus niet gelukt en dat is mijn grootste trauma ooit. Als een soort tegenreactie op mijn oerangst, namelijk niets hebben om op terug te vallen, heb ik gedacht: wat er ook gebeurt, ik zorg dat ik altijd zo goed mogelijk voor mijn kinderen kan zorgen. Dat is in financieel opzicht gelukt, al ben ik er me er terdege van bewust dat álles morgens opeens kan veranderen of over kan zijn. Daardoor heb ik wel veel van mezelf ingeleverd. Maar dat is nou eenmaal hoe het is gegaan. Ik moet eerlijk zeggen dat ik het ingewikkeld vind om te schakelen tussen het runnen van een gigantisch bedrijf en daar ook het gezicht van zijn, en dan opeens thuis weer de ontspannen moeder zijn. Aan de andere kant kan ik door dat harde werk wel bijna alle kindervakanties met mijn kinderen zijn, en kan ik de speciale behoeften van mijn dochter door haar epilepsie wel op mijn manier opvangen. Maar goed, zo kun je natuurlijk alles recht lullen wat krom is in je leven. Uiteindelijk rommelen we allemaal maar wat aan, doen we ons best, en bestaat er gewoon niet zoiets als perfectie.”
Leon Verdonschot
Leon Verdonschot (50) is schrijver, regisseur, presentator en columnist.
Hij schrijft voor De Groene Amsterdammer, Nieuwe Revu en De Limburger. In 2021 verscheen zijn boek Verdonschot Verzameld.
Foto: Bob Bronshoff