De woningmarkt is zwaar overspannen en daar lijkt voorlopig nog geen verandering in te komen. Sommige gemeenten wenden zich daarom tot het invoeren van de zelfbewoningsplicht.
Hoe zit het ook alweer met deze regel? Een klein overzicht.
Zelfbewoningsplicht
Op dit moment hebben investeerders zo’n 700.000 van de acht miljoen huizen in handen, terwijl Nederland volgens het ministerie van Binnenlandse Zaken ook nog eens 330.000 woningen tekort komt. Geen optimale situatie dus, maar in een aantal gemeenten biedt de zelfbewoningsplicht al uitkomst.
Heel simpel gezegd: wie een huis koopt in een gebied waar deze plicht geldt, moet er eerst een paar jaar zélf in wonen. Dit zorgt ervoor dat woningen niet direct in handen vallen van investeerders, die ze vervolgens voor hogere prijzen doorverkopen of verhuren. Vaak gaat het om een termijn van drie jaar.
In sommige gevallen zijn de regels erg streng. Tubantia meldt bijvoorbeeld dat kopers in de gemeente Rijssen-Holten een boete aan de gemeente moeten betalen als ze na die eerste drie jaar alweer willen verkopen. Het is ook geen zuinig bedrag: de boete kan variëren van 25.000 tot 50.000 euro.
Mag dat wel?
Deze constructie is alleen mogelijk bij nieuwbouwwoningen. Voor bestaande koopwoningen ligt het juridisch veel moeilijker en is dit nog niet toegestaan. Maar de overheid mag niet zomaar een zelfbewoningsplicht invoeren voor alle nieuwbouwprojecten in het land. Dat druist namelijk in tegen het eigendomsrecht van mensen, waar je alleen inbreuk op mag maken als het algemeen belang in gevaar komt. En helaas: dure woningen vormen volgens de wet geen bedreiging voor het algemeen belang.
Gemeenten, woningcorporaties of individuele verkopers mogen de plicht wél invoeren. Zij leggen in contracten vast dat een woning niet zomaar onderverhuurd mag worden, of dat er alleen gebouwd mag worden op een gemeentelijke kavel als deze plicht wordt ingevoerd.
Uit onderzoek van het Financieel Dagblad blijkt dat zo’n achttien gemeenten de laatste jaren stappen ondernamen om de zelfbewoningsplicht in te voeren. Nog eens acht zijn van plan dit te doen in de toekomst.