Een Amsterdamse arts onderzocht de slachtoffers in de zedenzaak rond Robert M., in de hoop dat we in de toekomst seksueel misbruik bij jonge kinderen beter kunnen herkennen.
Het Parool bericht over de bevindingen van de arts.
Amsterdamse zedenzaak
Volwassenen vinden het vaak al lastig om hulp te zoeken na seksueel misbruik, maar wat als je nog niet kan praten? Thekla Bosschaart, arts-onderzoeker van het Universitair Medisch Centrum in Amsterdam (UMC), onderzocht de (geanonimiseerde) dossiers van de slachtoffers van Robert M., de man die verdacht wordt van het seksueel misbruiken van ruim tachtig kinderen op twee kinderdagverblijven in de hoofdstad.
Opvallend gedrag
Bosschaart, die half oktober promoveert op het onderzoek, ondervond dat jonge kinderen zelden direct over het misbruik zullen vertellen. Wel wist ze enkele indirecte gedragingen te onderscheiden die op seksueel misbruik kunnen duiden. Zo liet een derde van de slachtoffers opvallend gedrag zien bij lichamelijk onderzoek. Veel slachtoffers keerden zich compleet van de wereld af, terwijl niet-misbruikte kinderen het doorgaans geen probleem vinden. “Die vinden onderzoek aan de oren vaak vervelender”, aldus Bosschaart tegen Het Parool.
De arts ontdekte nog meer parallellen in het gedrag van jonge slachtoffers van seksueel misbruik. Het hele verhaal lees je hier (via Blendle, €) of op de website van Het Parool.
Waarom we naar betaalde stukken linken? Blendle leest écht alle Nederlandse kranten en tijdschriften, en speurt voor ons naar de mooiste en spraakmakende artikelen. Dit is een korte, gratis samenvatting, zodat jij het belangrijkste nieuws meepakt. Als je geïnteresseerd bent in het volledige verhaal, klik dan door. Dat kost een paar dubbeltjes, maar je krijgt gegarandeerd een prachtig stuk (en je steunt de journalistiek).