Elk zomer is het weer raak in het Italiaanse Sardinië, en nemen toeristen flesjes zand mee in hun strandtas. Ook de hoge boetes tot drieduizend euro houden hen niet tegen. Wat maakt het zand zo onweerstaanbaar?
Zanddieven halen stranden Sardinië al jaren leeg, maar waarom eigenlijk?
Sinds 2017 is het in Sardinië bij wet verboden om zand, schelpen en stenen mee te nemen.
Sardinië
Op Sardinië zijn misschien hagelwitte stranden te vinden, maar de boetes voor zanddieven liggen inmiddels wel tussen de 500 en 3000 euro. Word je gepakt terwijl je grote hoeveelheden zand het eiland af probeert te smokkelen? Dan kun je zelfs een gevangenisstraf van 1 tot 6 jaar krijgen.
Toch proberen toeristen én smokkelaars ook na 2017 nog zand de grens over te slepen. Volgens lokale autoriteiten verlaten ieder jaar tonnen aan zand het eiland in flessen en zakjes. Meestal gaat het om Noord-Europeanen die het hagelwitte zand als souvenir willen meenemen, schrijft The Guardian. Ze bewaren het dan bijvoorbeeld in een glazen flesje met ‘Sardinië’ erop – als een ‘leuk’ aandenken aan die fijne mediterraanse vakantie.
Maar er zijn ook particulieren die het grootser aanpakken. Zo probeerde een Frans stel in 2019 veertig kilo zand mee te smokkelen. Volgens politiecommissaris Carlo Lazzari was dit de meest bizarre zaak tot nu, zegt hij tegen de Britse krant. “Het stel wilde echt Sardijns zand om hun aquarium mee te versieren.”
Zand
Tegelijkertijd is Sardijns zand ook serieus geld waard. Begin juni hadden 41 mensen al een boete te pakken, schrijft de lokale krant L’Unione Sarda. En een groot gedeelte van hen schepte het strand niet voor zichzelf leeg. De politie ontdekte in die periode tientallen online advertenties waarop het zand voor hoge prijzen werd aangeboden. De kopers zijn vaak verzamelaars die potjes zand uit de hele wereld in huis hebben.
De Sardijnen maken zich zo druk over de zandsmokkel, omdat klimatologen vermoedden dat de stranden hierdoor mogelijk korter kunnen worden. En dit zou dan weer het ecosysteem van het eiland kunnen verstoren. “De korrels plantten zichzelf niet voort, dus elke korrel die we verliezen krijgen we niet terug”, zegt burgemeester Andrea Abis van Cabras tegen The Guardian. Het plaatsje heeft ruim dertig kilometer aan witte stranden.
Gelukkig zijn er ook zanddieven met spijt. In een lokaal museum kun je teruggebracht zand vinden mét de schuldbewuste brieven van de dieven. De oudste bekentenissen komen uit de jaren tachtig. Al is dat niet genoeg voor burgemeester Abis. “Elke keer dat er zand wordt verwijderd, voelt het alsof ik een stukje van de toekomst van mijn kinderen verlies. Mensen stelen iets wat niet vervangen kan worden.”
Jacqueline en Wilfred wonen in een zandbak: 'Meer zand dan in de Sahara'Lees ook