De proef met de vaststellingsovereenkomst, waardoor de schadeafhandeling van toeslagenouders sneller moet verlopen, is vertraagd.
Vijftien geselecteerde gedupeerden hoorden eind juni dat hun schade met een vaststellingsovereenkomst (vso) binnen acht tot tien weken zou worden afgehandeld. Maar die termijn blijkt niet haalbaar, schrijft de Volkskrant.
De proef met de vso begon het ministerie van Financiën in juni. Het afhandelen van schade was via de eerdere methode vastgelopen en dit moest weer schot in de zaak brengen. Als het succesvol uitpakt bij de vijftien geselecteerde ouders, kan men álle gedupeerde op deze manier helpen, was het plan.
In het proces is het aan een letselschadeadvocaat om aan de hand van het verhaal van de gedupeerde een schadebedrag te bepalen, legt de krant uit. Dat bedrag legt het slachtoffer vervolgens voor aan een landsadvocaat en tevens vertegenwoordiger van de overheid. Zijn de overheid en de ouder in overeenstemming, dan sluiten de twee partijen een vso.
Het gestelde termijn van acht à tien weken blijkt nu echter te kort. Het was lastig om afspraken te maken tijdens de zomervakantie, maar het proces om een schadebedrag vast te stellen blijkt ook tijdrovender te zijn dan verwacht, aldus de advocaten in een nieuwsbrief aan de gedupeerden.
Het ministerie van Financiën verwijst in reactie naar de aankomende voortgangsrapportage over de hersteloperatie van de toeslagenaffaire. Deze verschijnt vrijdag.
'22 nieuwe meldingen van discriminatie door Belastingdienst'
