De derde dinsdag van september staat voor de deur. En dat betekent Prinsjesdag. De overheid laat morgen precies weten waar het geld naartoe gaat komend jaar.
De helft van uitgaven liggen vast en gaan standaard naar zaken als uitkeringen en gezondheidszorg. Het kabinet mag over de rest van het geld beslissen. Omdat dit jaar een demissionair kabinet de besluiten moet maken is de keuzevrijheid beperkter. Een aantal keuzes zijn al doorgesijpeld, maar vaak blijft slecht nieuws geheim tot op Prinsjesdag zelf.
Er zal 6 miljard euro uitgegeven worden aan het terugdringen van de CO2-uitstoot. Dat geld gaat onder andere naar het verduurzamen van huizen, waterstofprojecten en elektrisch transport. Daarnaast gaat er 1 miljard naar de bouw van extra woningen. Voor het tegengaan van criminaliteit is 400 miljoen apart gezet.
Inhaalslag
De tech-industrie krijgt 300 miljoen aan subsidies om een inhaalslag te maken in de chip- en cloudsector. Defensie ontvangt 100 miljoen, deels gaat het geld naar meer munitie.
Het demissionaire kabinet geeft ook 200 miljoen uit aan koopkrachtreparatie. In de definitieve Macro Economische Verkenning van het Centraal Planbureau staat een gemiddeld huishouden er volgend jaar 0,1 procent op vooruit gaat in koopkracht.