Ondanks een verhit debat in de Tweede Kamer heeft een motie van wantrouwen tegen premier Mark Rutte geen meerderheid gekregen.
De motie was ingediend door PVV-leider Geert Wilders en de groep Van Haga.
Motie van wantrouwen
Van de partijen waar de coalitie het meest naar kijkt om steun voor de kabinetsplannen te vinden in de Eerste Kamer, steunde alleen JA21 de motie. Ook SP, DENK, PvdD, BBB en FVD stemden voor. Zelfstandig Kamerlid Pieter Omtzigt, die ook zeer kritisch was, sprak van een “beschamende vertoning”, maar wil graag een aantal onderzoeken afwachten voor hij een oordeel velt.
Tijdens het debat was ook GroenLinks zeer kritisch op de houding van Rutte. Klaver had een aanvaring met Rutte over de toezending van cijfers over het aantal berichten dat de premier ontvangt en verzendt met zijn telefoon. Rutte wilde die aanvankelijk niet met de Kamer delen, tot frustratie van de GroenLinks-leider. Maar vlak voor het debat kwam de premier op zijn eerdere standpunt terug, en zegde hij alsnog toe de informatie te verstrekken.
Verklaring
De brief heeft de kou in de lucht tussen Klaver en Rutte niet helemaal weggenomen, maar lijkt er wel aan bijgedragen te hebben dat GroenLinks uiteindelijk de motie van wantrouwen niet steunde. “Dit debat is nog niet klaar. Er is toegezegd dat er volgende week meer informatie komt” en er komt nog een inspectieonderzoek, zegt Klaver in een verklaring. “We wachten dat af voordat we een eindoordeel vellen en stemmen daarom nu tegen de motie van wantrouwen.”