Dat stelt het OM maandag tijdens de zitting in de Haagse rechtbank.
‘Geen straf’
Het OM benadrukt wel dat Catharina A. goede bedoelingen had en dat de euthanasiewet niet helder is in de precieze eisen voor de arts. Volgens de officier van justitie hoeft Catharina A. geen straf te krijgen, omdat de norm die zij schond, onduidelijk was.
Gehoor aan wilsverklaring
De verpleeghuisarts zegt met de euthanasie gehoor te hebben gegeven aan de wilsverklaring van de alzheimerpatiënt. De 74-jarige had deze opgesteld toen ze nog helder was. Catharina A. staat terecht om te bepalen of ze toentertijd de wet heeft overtreden, omdat de patiënt niet de gevolgen van de handeling zou kunnen overzien.
Het OM vindt dat Catharina A. onvoldoende heeft vastgelegd of de patiënt echt niet meer wilde leven. De 74-jarige vrouw zei regelmatig dat ze dood wilde, maar voegde eraan toe: “Maar nu nog niet.” Volgens de verpleeghuisarts was de patiënt niet meer in staat om een rationele beslissing te nemen. Daarom is de euthanasie op dat moment niet besproken. Volgens het OM is dat een schending van de zorgvuldigheid die is vereist en noemt het daarom ‘moord’.
Steun
De dochter van de patiënt gaf eerder aan Catharina A. te steunen. In een verklaring stelt ze dat A. handelde op de ‘duidelijk uitgesproken wens’ van haar moeder. Het is de eerste keer sinds de invoering van de euthanasiewet dat een arts voor de rechter moet verschijnen.