Vier monniken van een boeddhistische tempel in de Thaise provincie Phetchabun zijn naar een afkickkliniek gebracht. Dit gebeurde na een inval van de politie en positieve drugstests.
Alle vier de mannen hadden methamfetamine – ook wel meth genoemd – in hun bloed zitten. Dat schrijft de Thaise krant Khao Sod.
Ook in andere tempels zouden monniken positief op de drugs hebben getest. Waarom de politie juist in deze tempels langsging is niet bekend. Bezoekers van de tempel maken zich ernstige zorgen. Zij kunnen geen voedsel meer aan de monniken aanbieden, zoals gebruikelijk is in het geloof. Ook kunnen er geen bijeenkomsten worden gehouden in de tempel en is het de vraag wie er voor de zwerfdieren moet zorgen die hier worden opgevangen.
Het gebruik van meth is een groot probleem in het land. De drugs komt vaak uit buurlanden Laos en Myanmar. Zo nam de politie van Laos een jaar geleden een lading van 55,6 miljoen pillen methamphetamine en 1,5 ton crystal meth in beslag. Het ging toen om de grootste drugsvangst in Azië, aldus het VN-kantoor voor drugs en criminaliteit.
Een politieagent die was ontslagen vanwege het gebruik van methamfetamine richtte eerder dit jaar een bloedbad aan met een geweer, een pistool en een lang mes en hij ging vervolgens met een auto naar huis, waarbij hij onderweg ook slachtoffers maakte. Thuis doodde hij zijn vrouw en zoon en pleegde zelfmoord. Er vielen, de dader meegerekend, 37 doden onder wie 24 kinderen.
Mila's vriend wilde solo 'op vakantie' in Thailand, met tas vol lingerie: 'Heb de schaar erin gezet'
