“Slapen met een baby is begrijpelijk, maar nog steeds risicovol”, vertelt Mieke Cotterink, expert Kinderveiligheid. Een pasgeboren baby bij je in bed laten slapen, verhoogt de kans op wiegendood aanzienlijk.
Dat bleek al uit een onderzoek in 2004 waarin in 20 Europese landen werd gekeken naar baby’s die bij hun ouders in bed slapen in de eerste vier maanden van hun leven.
In 2021 werden die resultaten nogmaals bevestigd in een Nederlands onderzoek, wederom bij baby’s die jonger waren dan vier maanden. 26 procent van de wiegendoodbaby’s slaapt in bed bij de ouders. De kans op wiegendood is drie keer kleiner als ouders niet met hun baby in bed slapen.
De verleiding is groot om je kleintje bij je te leggen. Slapeloze nachten zorgen vaak voor oververmoeidheid. Cotterink geeft het volgende advies aan de hand van ‘de vier van veilig slapen’: “Een baby slaapt het veiligst in een eigen bedje of wiegje, dat het eerste half jaar zo dicht mogelijk bij het bed van de ouders staat. Een co-sleeper of aanschuifbedje is ook een veilige maar praktische oplossing om je baby dichtbij te houden.”
De overige drie van ‘de vier van veilig slapen’ zijn slapen op de rug, je baby in een slaapzak laten slapen én in een leeg bedje. En dat heeft alles te maken met het voorkomen van ademhalingsproblemen.
Ademhalingsproblemen krijgt een baby als hij of zij te veel ‘in’ het matras of knuffels of dekbed ligt. Een baby kan zichzelf nog niet goed draaien en daarom is het des te belangrijker hoe je een kleintje positioneert. Op de buik of zij kan het gezichtje in het matras of grote knuffels vallen, die de ademhaling belemmert. Wanneer een baby beweeglijker wordt in bed is een slaapzak de veiligste optie om te voorkomen dat hij of zij onder het dekbed belandt.
Alles over de fiep, tut of (fop)speen: 'Begin met afbouwen tussen de drie en zes maanden'
