Het door het vorige kabinet aangekondigde lachgasverbod is weer vertraagd en kan op zijn vroegst 1 januari 2023 ingaan. Artsen en verslavingsexperts verzoeken het kabinet en de Tweede Kamer om er haast achter te zetten.
Dat schrijft het AD vrijdag.
Lachgasverbod
Het vorige kabinet kondigde eind 2019 aan lachgas als drug onder de Opiumwet te willen scharen. Op die manier is recreatief gebruik verboden, om zo jongeren beter te beschermen tegen de drug.
Maar drie jaar later is er nog steeds geen landelijk verbod. De beoogde ingangsdatum van januari dit jaar werd eerder al verschoven naar juli. Inmiddels blijkt ook dat moment niet haalbaar.
Gezondheidsschade
Het uitstellen van het verbod zorgt voor ergernis en zorgen bij gemeenten, medici en verslavingsexperts. “Het lachgasverbod dient zo snel mogelijk in te gaan, liever gisteren dan vandaag”, zegt cardioloog Robert Riezenbos van het OLVG in Amsterdam tegen het AD.
Hij benadrukt dat excessief lachgasgebruik zware gezondheidsschade kan veroorzaken. “Op onze afdeling hebben we afgelopen jaren twintig jonge patiënten gehad met grote gezondheidsschade, zoals hartinfarcten en longembolieen. Dan praat je over twintigers.”
Daarbij stelt het Trimbos Instituut het volgende: “Omdat lachgas nu is toegestaan, denken veel jongeren dat het gebruik onschuldig is.” Toch zien experts het tegenovergestelde.
2023
Staatssecretaris Maarten van Ooijen (VWS) en minister Dilan Yesilgöz (Justitie & Veiligheid) laten weten het verbod nu op 1 januari 2023 te willen laten ingaan. Als de Tweede Kamer volgende week groen licht geeft, kan het wetsvoorstel naar de Raad van State. Als alles dan meezit, zijn vervolgens nog eens acht maanden nodig.