De Gezondheidsraad vindt dat vier risicogroepen de kans moeten krijgen om drie maanden na hun eerste booster een tweede boosterprik te halen.
Zo luidt het advies van de raad aan het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
Tweede boosterprik
Het gaat om mensen van 70 jaar en ouder, volwassenen met het syndroom van Down en mensen met een ernstige immuunstoornis. Ook bewoners van verpleeghuizen moeten een tweede booster kunnen krijgen. Voor andere volwassenen is een tweede oppepprik voorlopig niet nodig.
Volgens de Gezondheidsraad zijn er echter nog maar weinig gegevens bekend over hoeveel extra bescherming een tweede booster biedt. In Israël krijgen 60-plussers en zorgmedewerkers wel al een vierde prik.
Uit die eerste onderzoeksresultaten blijkt dat er 4,3 keer minder mensen zijn met een ernstige corona-infectie in de groep met twee boosters, dan de groep met één booster, schrijft de NOS.
Voorzorg
Hoelang de mogelijke extra bescherming duurt, is echter nog onduidelijk.
Omdat harde cijfers dus nog ontbreken, zegt de Gezondheidsraad dat ze zich mede heeft laten leiden “door het voorzorgsprincipe”. Ouderen en kwetsbaren zijn als eersten geboosterd en de bescherming neemt bij die groep dus ook het eerst weer af.