Goede ventilatie in publieke ruimtes is ‘van cruciaal belang’ om de verspreiding van het coronavirus te bestrijden.
Dat stellen natuurkundigen en medisch onderzoekers van de UvA in een onderzoek waarbij onder meer gebruikgemaakt is van laserlicht.
Het gaat dan om verspreiding in bijvoorbeeld het openbaar vervoer en in verpleeghuizen. De resultaten zijn gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift The Lancet Respiratory Medicine.
Spreken en hoesten
Voor het onderzoek werd gezonde mensen gevraagd te spreken en te hoesten, waarna de verspreiding van kleine druppeltjes (aerosolen) met laserlicht werd geanalyseerd. Die bleken minutenlang omlaag te zweven. Na vijf minuten was de helft nog in de lucht aanwezig.
Bij dezelfde test in een goed geventileerde ruimte verdween de helft van de druppeltjes in tweeënhalve minuten uit de lucht. Als in de ruimte een deur of een raam openstond, was binnen dertig seconden sprake van een halvering.
Inzetten op ventilatie
Volgens de onderzoekers is voldoende afstand tot elkaar houden, bijvoorbeeld in het openbaar vervoer, “niet genoeg om de risico’s te beperken”. De geplande app die moet gaan vaststellen of mensen in de buurt waren van een besmet persoon is dan ook niet toereikend. Er moet ingezet worden op goede ventilatie, concluderen ze.
In de richtlijn van het RIVM staat dat tot nu toe niet is aangetoond dat aerosolen een rol spelen bij de verspreiding van het coronavirus. Het virus verspreidt zich volgens het RIVM vooral “via grotere druppeltjes die niet lang in de lucht blijven hangen”.