Ricky Martin heeft in zijn hele carrière nog nooit iets meegemaakt dat “zo kwetsend” was als de situatie van de afgelopen weken.
Dat vertelt de zanger donderdag na de rechtszaak die zijn neef had aangespannen. “Ik was slachtoffer van een leugen.”
Ricky Martin
De neef van de zanger heeft de aanklacht, namelijk dat hij slachtoffer zou zijn geweest van huiselijk geweld, ingetrokken. Het straatverbod dat tegen Martin was uitgevaardigd is dan ook niet verlengd.
Een paar uur na de zitting deed de zanger, wiens echte naam Enrique Martín Morales is, zijn verhaal in een video. “Helaas kwam de aanval van een familielid”, vertelt Martin. “Ik wens hem het beste, ik hoop dat hij het licht ziet. Een leugen kan zoveel aanrichten.” De leugen trof hemzelf, zijn kinderen, zijn ouders en zijn familie, vervolgt Martin. “Ik kon mezelf niet verdedigen.”
Niets zeggen
De zanger mocht namelijk niets zeggen over de zaak totdat hij de rechter onder ogen was gekomen, zegt hij. “Vandaag was de dag. Nu is het tijd voor mij om te helen. Ik ben erg gekwetst. Ik ga rust vinden.” Hij gaat het “licht aan het einde van de tunnel” weer zien, aldus Martin. “Zoals ik dat altijd heb kunnen doen.”
De Puerto Ricaanse zanger moest donderdag voor de rechter in Puerto Rico verschijnen, waar zou worden besloten of het straatverbod tegen hem moest worden verlengd. Dat werd eerder deze maand uitgevaardigd nadat een man Martin had aangeklaagd vanwege huiselijk geweld. Het zou om de 21-jarige neef van Martin gaan, Dennis Yadiel Sanchez, zei Martins broer Eric volgens verschillende media.
Incest
Martins neef beweerde dat hij een seksuele relatie van zeven maanden had met zijn oom. Die vatte het volgens hem niet goed op toen de relatie tot een einde kwam. Martin zou zijn neef hebben lastiggevallen na de breuk.
Martins broer Eric vertelde in gesprek met The Latin Post dat Sanchez “mentale problemen” heeft en dat hij er zeker van is “dat zijn jonge familielid niet de waarheid vertelt.” Een van Martins advocaten noemde de beschuldigingen van incest in een verklaring aan Amerikaanse media “onwaar” en “walgelijk”.