Caroline en Arno hebben er allebei al een heel leven op zitten. Toch zouden ze zo graag nog één keer de liefde vinden. Hopelijk lukt ze dat in ‘Lang Leve de Liefde’.
Want alleen is ook maar zo alleen.
Caroline en Arno
Arno is al achttien jaar met pensioen en vindt het maar eenzaam, zo alleen. “Ik zit al bijna twee jaar alleen te knarren. Dat vind ik dus maar niets”, vertelt hij aan Caroline. Zij is nieuwsgierig of hij daar, na zo lang alleen zijn, nog niet aan gewend is.
Daar is Arno naar eigen zeggen niet het type voor. “En sinds ik alleen ben, heb ik ook geen zin meer om op vakantie te gaan. Alleen eten in een restaurant, dat wil ik niet. Jij hebt misschien vrienden die dat nog willen doen, mijn kring is klein. Dat oud worden houdt wel in dat je mensen om je heen kwijt aan het raken bent.”
Alleen en oud
Dat alleen zijn en ook nog eens ouder worden, is dus echt niets voor Arno. “Je oude dag moeten slijten zonder maatje, dat is niets voor mij. Dat is ook de reden dat ik hier zit.”
Dat geldt ook voor Caroline. “Ik mis de gezelligheid, mijn man, de babbel, ik mis het samen op reis gaan. Mijn man heeft op een gegeven moment een herseninfarct gehad. Toen hij tegen ieders verwachting in ontwaakte, was hij een compleet ander mens Daarna is hij gaan dementeren. Dat heeft al met al twintig jaar geduurd.”
Geen match
In die periode trekt Caroline er veel op uit. “Ik was in die twintig jaar heel vaak niet thuis, want ik werkte en ging vaak op reis. Ik ben zo de hele wereld over geweest.”
Wanneer ze dat vertelt, geeft Arno aan dat hij bang is dat het geen match gaat worden. “Jij hebt toch een bepaalde vriendenkring en kinderen. Jij hebt een verleden en zoveel vrienden, kennissen en kinderen en wat dan ook. Dat kan ik je niet bieden. Ik heb geen familie, ik heb alleen een pleegzus.”