Afgelopen vrijdag sprak Ank de Jonge haar oratie uit aan de Vrije Universiteit in Amsterdam, dat maakt haar de eerste Nederlandse verloskundige die hoogleraar wordt.
“Een feestje voor de verloskunde”, noemde ze het zelf.
Verloskunde
De Jonge werd opgeleid tot verpleegkundige, maar rolde daarna via een vriend de verloskunde in. Ze doet al sinds 2000 onderzoek naar het vakgebied, naast haar werkzaamheden als verloskundige.
De Jonge deed onderzoek naar ‘de knip’ die sommige vrouwen krijgen bij de bevalling, en ontdekte regionale verschillen in hoe vaak er geknipt werd. “In Nederland krijgt ongeveer een kwart van de vrouwen die bevallen van hun eerste kind een knip”, vertelt ze aan Trouw. Maar vrouwen hebben daar zelf weinig over te vertellen: “De zorgverleners die we hebben geïnterviewd hadden allerlei redenen om te knippen, maar of de vrouw dit zelf wilde, speelde meestal geen rol.”
Bevallen
Er is een verschuiving bezig die de thuisbevalling weer populairder maakt. De afgelopen tien jaar daalde het aantal thuisbevallingen, maar nu stagneert het rond de 13%. Ank de Jonge maakt het niet uit waar de vrouwen hun kind ter wereld brengen, als ze maar “zelf kiezen hoe ze willen bevallen.”
Ze pleit voor een bevalcultuur waarin elke vrouw de vrijheid heeft om zelf te kiezen hoe ze wil bevallen. “Ik vind het lastig dat vrouwen elkaar constant de maat nemen als het gaat om de manier waarop je bevalt”, vertelt De Jonge. “Mensen moeten het leven leiden dat bij ze past, en dat geldt ook voor de baring,” concludeert ze.