Onderzoekers van het UMC Utrecht hebben ontdekt dat fysieke training de kwaliteit van leven van patiënten met uitgezaaide borstkanker verbetert. Patiënten hebben door beweging minder last van hun ziekte en de bijwerkingen van behandelingen.
Zo voelen ze zich minder moe, hebben ze minder pijn en krijgen ze een beter uithoudingsvermogen.
Dit is de eerste grootschalige studie die de impact van lichamelijke activiteit bij uitgezaaide kanker uitgebreid onderzoekt.
Elk jaar krijgen zo’n 3.500 mensen de diagnose uitgezaaide borstkanker in Nederland. De gemiddelde overleving is nu twee tot drie jaar, maar een op de vier patiënten is na vijf jaar nog in leven. Er zijn ook gevallen waarbij mensen met uitgezaaide borstkanker na vijftien jaar nog in leven zijn. Beter worden deze patiënten niet meer. Ze blijven de rest van hun leven onder behandeling en moeten dus continu omgaan met bijwerkingen en klachten.
De verbetering van de kwaliteit van leven van deze patiënten is onderzocht in het PREFERABLE-EFFECT-trial. Aan de studie deden 357 patiënten, onder wie twee mannen, met uitgezaaide borstkanker mee. De ene helft kreeg standaardzorg en -behandelingen. De andere helft kreeg een trainingsprogramma van negen maanden aangeboden. Dat bestond uit conditie-, kracht- en balanstraining. Denk daarbij bijvoorbeeld aan indoor fietsen, bankdrukken en squats. Zij deden dat onder begeleiding van een fysiotherapeut gespecialiseerd in oncologie: de eerste zes maanden twee keer per week, en de laatste drie maanden één keer per week.
Myrthe (36) had twee keer borstkanker: 'Littekens kunnen taboes doorbreken'
Na drie, zes en negen maanden zijn de groepen vergeleken. En wat bleek? Deelnemers aan het trainingsprogramma waren minder moe en gaven aan een betere kwaliteit van leven te ervaren. Verder hadden ze minder last van pijn en kortademigheid. Ook waren de deelnemers zeer gemotiveerd om na negen maanden door te gaan met trainen: het programma helpt mensen om sporten te integreren in hun behandeling en een vast onderdeel te maken van hun dagelijkse routine.
Anne May, hoogleraar klinische epidemiologie van het leven met en na kanker (UMC Utrecht) reageert: “Gebaseerd op deze resultaten raden we mensen met uitgezaaide borstkanker aan om een beweegprogramma onder begeleiding van een fysiotherapeut te volgen. Daarnaast willen we bereiken dat artsen hun patiënten ook meer wijzen op het belang van bewegen.”
Na borstkanker ontwikkelt Pien samen met dochter app om ziekteproces te delen: 'Zo voelde ik me gezien'
