Het aantal stellen waarvan beide partners parttime werken, is de afgelopen jaren sterk gestegen. Dat blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Momenteel werken beide partners van 419.000 koppels in deeltijd. Dat zijn er bijna 200.000 meer dan in 2014, meldt het AD.
Het aantal huishoudens waarin slechts één partner werkt, is in dezelfde periode met bijna een kwart gedaald tot 778.000. Opvallend is dat beide partners tegenwoordig veel vaker ongeveer evenveel uren in deeltijd werken dan in 2014. Het aantal stellen waarin elke partner tussen de 20 en 35 uur per week werkt, is in tien jaar tijd verdubbeld tot 292.000.
Voltijd werken is steeds minder populair, blijkt uit de CBS-cijfers. Door hogere lonen is het aantrekkelijker om deeltijd te werken. Volgens werkgeversvereniging VNO-NCW speelt ook de hoge belastingdruk op middeninkomens een rol.
Meer uren werken levert daardoor netto veel minder op. “Dit weerhoudt nu al mensen van meer werken. Iedereen bijvoorbeeld een vierdaagse werkweek toezeggen in de cao, heeft het risico in zich dat mensen die nu parttime werken, dat straks ook willen doen. En in totaal wordt er dan nóg minder gewerkt. Dat kan de Nederlandse arbeidsmarkt niet aan, blijkt uit tal van onderzoeken”, aldus de werkgeversvereniging.
Vakbond FNV ziet juist de voordelen van parttime werken in: “Een dag minder werken is goed voor werknemer, werkgever en de maatschappij. Je houdt meer tijd over én het leidt tot meer energie en productiviteit. Hoe tegenstrijdig het misschien ook klinkt, een vierdaagse werkweek kan zorgen voor meer uren werk.”
Vrouwen verdienen nog altijd 12 procent minder per uur dan mannen: 'Het is echt bizar'
