Heel Nederland moest even slikken toen minister-president Mark Rutte de horeca sloot op 15 maart 2020. Inclusief zijn eigen moeder. In een eindejaarsinterview met ‘AD’ vertelt hij over hun bijzondere band.
Mark Rutte over verlies van zijn moeder: 'Ik droom nog veel van haar'
Ze is eerder dit jaar op 96-jarige leeftijd overleden.
Mark Rutte
In het gesprek blikt Rutte terug op dit veelbewogen jaar, waarin hij het ook persoonlijk niet altijd makkelijk had. Zo vertelt hij over de laatste keer dat hij zijn moeder zag. Nadat Rutte de horeca op 15 maart had verteld dat ze de deuren vanaf zes uur ’s avonds moesten sluiten, ging hij naar zijn moeder in het verpleeghuis. Ze aten daar elke zondag samen en hij haalde dan altijd Indisch.
Maar die zaak was nu natuurlijk ook dicht. Zijn moeder was daar allesbehalve blij mee, vertelt Rutte. “Dat viel helemaal verkeerd, haha. Ze zei: ‘Nou, lekkere boel, Mark.’ Ze was echt geïrriteerd. Serieus.” Deze keer kreeg ze “een Indiase prak van de supermarkt” voorgeschoteld in plaats van gehaktballen van hun vaste toko. “Ik zei: ‘Ja, sorry, ik heb dat virus ook niet naar hier gehaald. Het mot effe’.’’
Lees ook
Mark Rutte over overlijden moeder in Linda’s Wintermaand: ‘Ik ben een ontzettende janker‘
Moeder
Het was de laatste avond dat de twee fysiek samen waren, want vier dagen later sloot het kabinet verpleeghuizen voor bezoek. Ze overleed twee maanden later, niet aan de gevolgen van corona. “Ze was al 96, dus ik was blij met elke dag dat ze er nog was”, vertelt Rutte. “Omdat het een leuk mens was, gewoon een stoere vrouw. Een kettingroker, in voor een borrel. Ze spaarde mij nooit, trok mij niet voor. Ze laat een leegte achter, ik droom nog veel van haar.’’
Het was natuurlijk ook een zwaar jaar om premier te zijn. Vooral toen de ic-capaciteit tekort dreigde te schieten in maart, was het volgens Rutte “spannend”. Maar hij ging niet met angst naar zijn werk. “Ik moet dan echt emoties uitzetten. Ik was wel opgelucht toen we na Pasen begonnen te zien dat de piek minder heftig was dan we vreesden. Toen was ik to-taal opgelucht.’’