Kattenziekte

Vooral niet-gevaccineerde katten en kittens lopen gevaar bij het panleucopenievirus. Is een kat niet ingeënt, dan adviseren dierenartsen direct een afspraak te maken voor vaccinatie en het dier in de tussentijd binnen te houden. Deze oproep geldt ook voor binnenkatten, omdat het virus bijvoorbeeld via schoenen het huis binnen kan komen.

Je kat is beschermd tegen het virus als het in de afgelopen drie jaar gevaccineerd is met de zogenaamde ‘grote cocktail’. Dit herken je aan de Tricat-sticker in het vaccinatieboekje of dierenpaspoort van de kat. Nu het virus de kop opsteekt, raden dierenartsen aan om kittens extra in te enten. Normaal gesproken worden ze ingeënt bij negen en twaalf weken, maar het advies luidt nu om dat ook bij de zestien weken te doen.

Lees ook
Buddy, eerste hond met het coronavirus, is overleden

Symptomen

De ziekte is te herkennen aan sloomheid, hoge koorts, braken en diarree. Het virus wordt via de ontlasting van een besmette kat verspreid en kan lang overleven op verschillende materialen.

Als kattenbaasje ben je veilig: het virus is niet gevaarlijk voor mensen en andere diersoorten.