Zeker zestig procent van de Nederlanders is het niet eens met de keuze van het kabinet om de eerder aangekondigde versoepelingen nog langer uit te stellen.
Dat blijkt uit onderzoek van I&O Research in opdracht van de NOS.
Versoepelingen
Het kabinet besloot om terrassen en sportscholen nog niet te openen, om de zorg te ontlasten. Er liggen nog altijd heel veel coronapatiënten in het ziekenhuis. Ze willen nu per week kijken of het mogelijk is de versoepelingen alsnog in te voeren.
Maar veel mensen denken daar dus anders over. Maar liefst 80 procent van Nederlanders wil dat het aantal toegestane gasten van een naar twee wordt uitgebreid.
Daarnaast is 72 procent voor een opening van hogescholen en universiteiten met sneltesten en 66 procent is voor het openen van terrassen en winkels.
Terrassen
Ook burgemeesters van grote steden vinden het hoogtijd voor versoepelingen. Zij herhaalden maandag hun oproep om de terrassen te heropenen. Opvallend is dat ze daarbij bijval krijgen van een aantal ziekenhuizen.
“In de grote parken zitten mensen nu dicht op elkaar”, zegt lid van de Raad van Bestuur van het Amsterdam Universitair Medisch Centrum (Amsterdam UMC) Mark Kramer “Het is beter om de terrassen weer te openen, mits gemeenten goed letten op de handhaving van de coronamaatregelen. Ik geef de burgemeesters gelijk. Nu is de drukte niet te reguleren.”
Ziekenhuizen
Volgens de internist is de druk onverhoopt hoog in het Amsterdam UMC ziekenhuis. Hij ziet daarom geen mogelijkheid voor andere versoepelingen. “De enige uitweg uit deze ellende is vaccineren, vaccineren, vaccineren. Tot die tijd moeten we de tanden op elkaar zetten.”
Ook het Medisch Spectrum Twente in Enschede en het OLVG in Amsterdam staan achter de oproep. De Nederlandse Vereniging voor Ziekenhuizen vindt de week uitstel juist een zinvol besluit.
Het opheffen van de avondklok lijkt voor de ondervraagde Nederlanders het minst urgent. 17 procent van hen zegt hier moeite mee te hebben. 14 procent van de bevolking is voor het geheel loslaten van de coronamaatregelen. In januari was dat nog maar 6 procent.