Vaccinatie

De Jonge erkende maandag dat de prognose voor vaccinaties té optimistisch was. Er zouden vorige week eigenlijk 400.000 prikken moeten zijn gezet, maar het werkelijke aantal kwam niet boven de 285.000 uit. Toch blijft De Jonge optimistisch: “De komende week verwachten we 3 miljoen prikken te hebben gezet.”

AstraZeneca

Maar waarom wijkt de realiteit zo af van de prognose? Minister De Jonge wijdt dat aan het feit dat het prikken na de prikpauze van het AstraZeneca-vaccin langzamer op gang kwam dan verwacht. Toen de vaccinaties met dat vaccin weer hervat werden, duurde dat langer dan verwacht.

De prikken waren dus wel beschikbaar, maar minder mensen maakten daadwerkelijk een afspraak. Dat verklaren kan De Jonge niet, maar hij is er van overtuigd dat de vaccinatiebereidheid niet is afgenomen.

Lees ook
Kuipers: ‘Ziekenhuizen gaan vanaf mei helpen met prikken’

Praktische redenen

De Jonge hangt de mindering in afspraken eerder aan praktische redenen. “Het zou kunnen dat mensen bijvoorbeeld een sms hebben gekregen dat ze hun afgezegde afspraak weer opnieuw konden gaan maken, maar dat mensen dat niet direct hebben gedaan. En dachten: ik doe dit wel een een weekje later.”

Daardoor is de voorraad vaccins dus gegroeid. De Jonge verwacht komende week tussen de 400.000 en 500.000 prikken te zetten. “We prikken zo snel als we kunnen. Dat moet ook, want we zitten middenin de derde golf.”