Een groot deel van de jonge vrouwen met baarmoederhalskanker is niet gevaccineerd tegen HPV. Dat blijkt uit het eerste Nederlandse onderzoek naar de vaccinatie onder vrouwen jonger dan dertig jaar met deze ziekte.
Slechts 15 procent van de onderzochte vrouwen met baarmoederhalskanker was gevaccineerd tegen HPV, zien gynaecologen van het Amsterdam UMC op basis van data van het Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL).
Alle onderzochte vrouwen kwamen in hun jonge jaren in aanraking met het toen nieuwe vaccin. “Ik worstel met het besef dat hun ziekte misschien voorkomen had kunnen worden. We willen met deze studie aandacht vragen voor het belang van vaccineren tegen HPV. Het kan veel ellende voorkomen”, licht gynaecoloog-oncoloog Luc van Lonkhuijzen toe.
Het vaccin verkleint de kans op de ziekte, maar sommige gevaccineerde vrouwen krijgen het alsnog. Onderzoeker Maaike van der Aa vertelt dat daar meer onderzoek naar nodig is. Wel is bekend dat het alleen beschermt tegen HPV-typen 16 en 18, maar dat er meer varianten bestaan.
Volgens IKNL bleek de beschermende werking van de HPV-vaccinatie al eerder uit internationale onderzoeken. Nu blijkt dit voor het eerst bij jonge Nederlandse vrouwen.
58 procent van de in totaal 135 onderzochte vrouwen onderging een behandeling waardoor ze onvruchtbaar werden. “Dat is uiteraard zeer ingrijpend, nog los van het risico dat vrouwen overlijden aan baarmoederhalskanker. Als we er met een vaccinatie voor kunnen zorgen dat vrouwen minder vaak baarmoederhalskanker krijgen, dan zouden deze behandelingen en dus onvruchtbaarheid helemaal niet nodig zijn”, aldus Lonkhuijzen.
Ook benadrukt hij het belang van deelnemen aan het bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker. Slechts de helft van de vrouwen boven de dertig doet dit. “Vroege opsporing kan leiden tot minder ingrijpende behandelingen en een betere kans op behoud van vruchtbaarheid.”
Kim kreeg door HPV op haar 28ste de diagnose baarmoederhalskanker: 'Werd per toeval ontdekt'
