Het leed dat daten heet. Dat redacteur Misha al enige tijd single is, is geen geheim. Maar het is haar opgevallen dat haar liefdesleven geen privékwestie meer is. Nee, alle smeuïge details moeten gedeeld worden. En dan met name met stelletjes.
Misha: 'Als single is mijn liefdesleven de hoofdact tijdens etentjes met stellen'
Wekelijks schrijven de redacteuren van LINDA.meiden hoe het er bij hen voor staat op gebied van flirts, seks en relaties.
Gemeengoed
Mijn liefdesleven wordt opgesomd in één korte zin onderaan dit artikel. ‘Misha is 32 jaar en woont alleen in Amsterdam. Ze heeft een relatie van vier jaar en een van zes maanden gehad’, staat er. ‘Inmiddels is ze zeven jaar single’ – klopt als een bus. Mijn romantische arm staat al zo lang op standje loshangend vel dat ik me niet meer kan voorstellen hoe het is om rekening te houden met een ander.
Mijn single bestaan is dan ook bezaaid met clichés. Wel de lusten, niet de lasten. Dus wél: flirten, daten en soms een klein scharreltje (ja, hét is er weer eens van gekomen, mensen). Géén: verwachtingen van schoonouders, vertrouwensproblemen of loyaliteitsafwegingen. Maar het feit dat ik ervoor kies om als alleenstaande door het leven te gaan, betekent ook dat mijn liefdesleven van iedereen is. Gemeengoed, if you will. Alles wat ik meemaak, hoort gedeeld te worden met hen die zich aan het andere eind van het relatiespectrum bevinden.
Persoonlijke vraag
In mijn leeftijdscategorie (dertigers, bah) hebben de meesten iemand gevonden met wie ze de volgende stappen willen zetten. Het idee van huisje, boompje, beestje jaagt mij de stuipen op het lijf. Maar is voor anderen alles waar ze ooit van droomden. Toch is het me opgevallen dat het vaak dit soort stellen zijn, lees: met minimaal een decennium op de teller, die mij vragen naar de status van mijn liefdesleven.
Een tijd geleden ging ik uit eten met een koppel waar ik al jaren mee bevriend ben. Ik had nog geen drankje besteld of ze vielen al met de deur in huis. “Dus… hoe staat het in de liefde?” vroegen ze nog net niet in koor. Verwachtingsvol werd ik aangekeken, ik zag de woorden ‘double date’ al in neonlampen boven hun hoofden knipperen. Ik voelde me enigszins gedwongen antwoord te geven op hun vraag, terwijl ik daar eigenlijk helemaal geen zin in had. Met een gemaakte glimlach zei ik dat het vrij rustig was. ‘Ook niemand op het oog?’, werd toen gevraagd. Ik schudde mijn hoofd. Toen ik niet met anekdotes van losbandige seks over de brug kwam, wisselden we van onderwerp en spraken over geplande vakanties – ja, écht.
Gedurende de avond groeide mijn irritatie over de persoonlijke vragen die ze me stelden. Wat er in mijn liefdesleven gebeurt, wil ik niet altijd aan andermans neus hangen. Zeker niet de neuzen die slechts eens per zes maanden mijn kant op wijzen. En ja, ik weet dat ik deze column gewijd is aan mijn status op het gebied van flirts, daten en seks. Maar dat betekent niet dat ik altijd zin heb om elke poep of scheet te delen.
Brutaal
Als single is mijn liefdesleven van iedereen, terwijl dat van stellen vaak wordt bewaakt met een bordje ‘daar vraag je niet naar’. Waarom niet eigenlijk? Als de details van mijn slaapkamergymnastiek en gebroken hart tot vermaak worden gerekend tijdens een etentje, zouden de relatieperikelen van koppels daar toch ook onder moeten vallen?
Als ik aan een stel zou vragen of zij nog regelmatig van bil gaan of dat de problemen met die ene vervelende schoonmoeder opgelost zijn, ben ik plots de brutale. Weet je waarom? Omdat het me niks aangaat. Dus laten we afspreken singles dezelfde gunst te bewijzen.
Ik weet dat er geen kwade wil bij komt kijken en de vraag voortkomt uit interesse (en misschien een beetje verveling). Desondanks ervaar ik het als bemoeizuchtig. Vooral als mijn antwoorden worden ontvangen met een medelevende blik of diepe zucht. Geloof me nou maar, als ik over mijn liefdesleven wil praten, dan haal ik het onderwerp zelf wel aan. Tot die tijd: mind your business.
Misha: 'Ik zei dat hij toxic was, maar ben ik dat niet gewoon zelf?'Lees meer