Luuk (28) maakte samen met zijn beste vriend Boas (28) een rondreis door Marokko. Ze leerden Mohamed kennen, een vriendelijke man die later een drugssmokkelaar bleek te zijn.
Deze ‘rondreis’ veranderde door de ontmoeting in een bizar beangstigende situatie.
Lees ook
Dinie was op vakantie in Florida toen orkaan Irma daar het land bereikte
‘Tijdens onze vakantie in Marokko leerden we Mohamed kennen: een vriendelijke man die ons graag rondleidde in zijn geboortestad. Aan het eind van de dag liet hij ons een leuk restaurantje zien. Na een heerlijke maaltijd in het knusse restaurant vroeg Mohamed of wij het leuk zouden vinden om zijn vrouw en kinderen te ontmoeten. Boas en ik zijn avontuurlijk aangelegd, dus zo’n impulsieve beslissing was voor ons niks nieuws. De man nam ons mee naar een buitenwijk van de stad.’
‘Eenmaal aangekomen bij Mohamed zijn huis werden we verrast. Alle vrouwen en kinderen moesten het huis uit. Vreemd, aangezien we er naartoe gingen om hen te ontmoeten. We dachten dat het misschien gewoon de cultuur was. We werden meteen bij binnenkomst naar een klein keldertje geloodst. Er stond een oude televisie, een bank en er lag een matrasje op de grond. Tot mijn verbazing hoorde ik Mohamed over drugssmokkel praten tegen Boas. Nadat ik aan Boas vroeg of dit klopte en hij dat bevestigde, werd ik onrustig.’
‘Er werd op de deur geklopt. Een man kwam binnen en ging zitten. Boas en ik keken elkaar aan en voelden dat het niet klopte. Even later kwam er een tweede man binnen die een tas bij zich droeg. Toen hij zijn tas opende, zagen we dat deze vol zat met drugsbolletjes. Ze vroegen of we de bolletjes wilden slikken of in onze rugzak wilden doen.’
‘We speelden het spelletje mee en zeiden dat we graag een bolletje mee naar ons hostel wilde nemen, zodat we er over na konden denken hoe we het gingen vervoeren. We wilden geen argwaan wekken. De volgende dag hadden we om elf uur ’s ochtends afgesproken.’
‘Om acht uur ’s ochtends verlieten we het hostel om de stad te ontvluchten. We hielden een taxi aan om ons naar het busstation te brengen. Eenmaal in de taxi liep een vreemde man naar de taxichauffeur toe en zei iets wat wij niet konden verstaan. Tot onze grote verbazing bracht de taxichauffeur ons naar het huis van Mohamed. Bij aankomst van het huis van Mohamed werd de taxi omringd door zes mannen, onder wie Mohamed zelf. We hebben de taxichauffeur tweehonderd euro in zijn handen gedrukt en gezegd dat hij onmiddellijk gas moest geven. Dat deed hij gelukkig. Twee uur later kwamen we aan in Chefchaouen, het mooiste plekje op aarde. Geschrokken van het hele ‘avontuur’, spendeerden we daar de rest van ons vakantie gelukkig in alle rust.’
