In welk restaurant moet je écht eten in Parijs? En wat wil je absoluut niet missen als je naar Zuid-Afrika gaat? Je vindt de fijnste (buitenlandse) tips in de rubriek: Reistips van de Redactie.
Deze keer het Italiaanse Verona, waar Suzette (30, chef LINDA.reizen) belandde tijdens een verrassingsweekend via srprs.me.
Googel ‘Verona’ en binnen één klik op de knop krijg je alle highlights voorgeschoteld die je in deze prachtige stad moet zien: Castelvecchio, Piazza delle Erbe, Casa da Gulietta (het huis én het balkonnetje van Julia, van Shakespeares Romeo & Juliet) en Teatro Romano, een Romeins theater dat dateert uit de eerste eeuw voor Christus. In twee dagen Verona is dit alles niet te missen als je gewoon aan het wandelen slaat. Vandaar sla ik dié tips even over, en doe ik je de plekken cadeau die ik absoluut niet had willen missen. De rest kom je al slenterend wel tegen.
Het Italiaanse Verona is niet enorm groot en heeft geen metrosysteem. De stad is daarom heel prima te bewandelen. Voor wie na dag één wel genoeg kilometers in de benen heeft, zijn de aanwezige stadsfietsen ideaal. Huur bijvoorbeeld een fiets bij één van de twintig Bike Verona-punten in de stad. De eerste keer dat je gebruik maakt van dit zogenaamde bike sharing project betaal je vijf euro inschrijfgeld. Je vindt de huurpunten onder andere bij Porta Nuova, Piazza Brà, Via Cappello, San Zeno, Ponte Pietra en Via Cavour. Het eerste half uur is het gebruik van de fiets gratis, daarna betaal je een kleine vergoeding (twee euro per dag, of vijf euro voor een week).
Ik zal er niet omheen draaien: Verona is toeristisch. Ik ben er inmiddels twee keer geweest, en afgelopen keer zag het er op veel plekken zwart van de mensen. Wat een verademing was dan ook Piazza San Zeno. Een pleintje iets buiten het bekende centrum, maar precies het Italië waar ik altijd zo verliefd op ben. De basiliek van San Zeno domineert het plein en sommige mensen beweren zelfs dat hij alle Romaanse basilieken in Italië overtreft. Ik werd hier vooral verliefd op de gezellig koffietentjes waar de (vooral mannelijke) inwoners van Verona van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat vol vuur met elkaar zitten te discussiëren over dingen die ik niet versta. Rond een uur of tien in de avond, als het eindelijk een beetje is afgekoeld, verandert het prachtige plein in een gezellig dorpsplein, waar de allerkleinsten nog lekker aan het voetballen zijn en ook de vrouwen bij de café-tafels aanschuiven. Mijn favoriete plekje voor een koffie: (het ook van binnen prachtige) Trattoria Ai Piloti.
Middenin Verona staat een van de best bewaarde amfitheaters van de wereld: Arena di Verona. Het gigantische gebouw midden op het mooie Piazza Brà is werkelijk een prachtig gezicht, maar nog mooier is: je kunt er operavoorstellingen bijwonen. Nu zou ik mezelf niet bepaald een operaliefhebber noemen, maar nadat ik vorige keer in Verona was zonder ín het theater te zijn geweest (en daar spijt van had gekregen), besloot ik het nu anders aan te pakken. Online kochten we voor 50 euro twee kaartjes voor Aïda, het wereldberoemde verhaal van Giuseppe Verdi uit 1871. We gingen er een beetje heen met het gevoel dat we ons na een half uur te pletter zouden vervelen, maar wat een belevenis was dit. De zang, de kostuums, het hele spektakel op zichzelf. Daar zit je dan, terwijl de avond valt, op een plek waar eeuwen geleden gladiatoren en leeuwen met elkaar vechten, naar een prachtig schouwspel te kijken dat je óók nog eens kunt volgen door de Engelse vertalingen op twee schermen. Ik durf stellig te beweren dat dit het hoogtepunt van het weekend was en die 25 euro per kaartje méér dan waard.
Even je geluid aan:
Hoewel er regen was voorspeld, was het bijna drie dagen lang prachtig weer. Zo prachtig zelfs, dat het eigenlijk te warm was voor een fanatieke stedentrip. Mocht je ooit in Verona zijn met hetzelfde ‘probleem’, dan hoef je niet oververhit te raken. Vanuit meerdere plekken in de stad gaan bussen naar het Gardameer, waardoor je binnen een half uur in het idyllische Lazise staat. Zorg wel dat je de goede bus pakt – zonder stops -, want anders kan het zijn dat je er ineens een uur of anderhalf over doet. En zorg ook dat je de tijden voor de terugweg goed checkt. Taxi’s zijn hier laat in de avond namelijk lastig te regelen. Loop bij binnenkomst in Lazise recht door het dorp naar het water en dan naar links, dan vind je op een paar minuten lopen kleine strandjes waar je heerlijk kunt liggen. Tussen tweehonderd andere toeristen, dat wel. Mijn eet-tip-der-eettips in Lazise (ik was er inmiddels denk ik voor de tiende keer): La Forgia. Een klein restaurantje – in tegenstelling tot de vele massa-terrassen – waar je de lekkerste spaghetti vongole sinds tijden krijgt, en je de bediening zowat mee naar huis wilt nemen. En vooruit, als ik dan toch bezig ben: haal een ijsje bij Voglia Italiana (Via Fontana, 36), waar ze het beste (chocolade)ijs van het Gardameer scheppen.
Dwars door Verona stroomt de rivier Adige, die de stad allure geeft. Vlakbij de wereldberoemde en eeuwenoude brug Ponte Pietra heb je prachtig uitzicht over Castel San Pietro (waar je heen kunt wandelen en je een mooi panorama-beeld van de stad hebt). Dat kasteel is leuk, maar nog leuker is het om er vanaf de overkant heen te kijken met een drankje in je hand. Aan de stadskant heb je meerdere restaurants en cafeetjes met praktisch hetzelfde uitzicht over het kasteel en de rivier. Mijn absolute favoriet voor een lekkere Aperol Spritz is Terrazza Bar al Ponte (foto rechts). Romantisch lunchen of dineren doe je bij Restaurant a Ponte Pietra (reserveer een plekje buiten) of bij de goedkopere – maar eigenlijk net zo leuke – variant Trattoria Vecio Mulin (foto links).
Suzette (30) coördineert LINDA.reizen en trekt er zo nu en dan dus ook zelf op uit. Heb je nóg gedetailleerdere vragen over deze reis, stel ze dan gerust onder dit bericht. Via Instagram mag ook, daar kun je haar hier vinden:
https://www.instagram.com/p/Blk8wYhHIOC/?hl=nl&taken-by=suzettehermsen
Lees ook
5 x plekken in Italië om verliefd op te worden (als je het niet al was)
