Wetenschappers hebben ontdekt dat de veroudering van hersenen een paar cruciale momenten kent. En dat is baanbrekend: door te weten wanneer veroudering inzet, kan er iets aan worden gedaan.
Het onderzoek werd gepubliceerd in het tijdschrift PNAS.
Hersenveroudering
We worden met z’n allen steeds ouder, dat zorgt ervoor dat Nederland steeds verder vergrijst en dat is terug te zien in cijfers. Nederland telt op 1 januari 2024 bijna 3,7 miljoen inwoners van vijfenzestig jaar of ouder. Dat is maar liefst 20,5 procent van de bevolking. De vergrijzing is daarmee enorm toegenomen: in 1990 was nog 12,8 procent van de inwoners ouder dan vijfenzestig.
Deze veroudering zorgt voor hersenziekten zoals bijvoorbeeld dementie. Dat betekent dat er veel onderzoek moet worden gedaan om deze ziekten tegen te gaan. Uit recent onderzoek komen interessante en belangrijke inzichten naar voren. Wetenschappers ontdekten namelijk dat er een cruciaal punt is waarop de hersenen verouderen.
Minder energie
De wetenschappers analyseerden de functionele communicatie tussen hersengebieden bij meer dan 19.300 mensen. Hieruit kwam naar voren dat de hersenen in kleine stappen achteruit gaat, met de eerste effecten rond het vierenveertigste levensjaar. De hersenveroudering versnelt vervolgens het hardst rond je zevenenzestigste levensjaar en vlakt ongeveer af als je negentig bent.
Maar hoe zit dat precies? Hersenfuncties nemen af omdat hersencellen minder energie opnemen. Dit komt doordat ze insuline minder goed opnemen en daardoor minder glucose gebruiken.
Supplementen
Het onderzoek laat zien dat hersenveroudering in stappen verloopt, niet geleidelijk. Rond het vierenveertigste levensjaar is een belangrijk moment waarop artsen kunnen ingrijpen. Neuronen hebben het dan moeilijk, maar zijn nog levensvatbaar. Op latere leeftijd kan blijvend energietekort zorgen voor schade die moeilijk te herstellen is.
Maar de belangrijkste vraag: kunnen we dan iets tegen veroudering doen? Volgens de onderzoekers wel. Ze gaven zo’n honderd deelnemers ketonsupplementen om hun hersencellen beter op insuline te laten reageren. Hierdoor namen de hersenen meer glucose op en vertraagde de hersenveroudering bij mensen tussen de veertig en negenenvijftig jaar.
Hersenziektes
Deze resultaten suggereren dat de behandeling werkt, maar dat het moment waarop het toegediend wordt, heel belangrijk is. Meer onderzoek kan helpen om te ontdekken of deze aanpak hersenziektes zoals Alzheimer kan vertragen of voorkomen.