Mondkapje

“De tampons die mijn klanten nu in de vorm van een mondkap onder hun neus hebben, zijn tampons die in de productie worden afgekeurd. Tampons waarvan de touwtjes niet vastzitten en daardoor onbruikbaar zijn, bijvoorbeeld. Die komen terecht bij een textielrecyclebedrijf in Nederland. Vervolgens wordt daar in Tsjechië garen van gesponnen en van dat garen wordt weer in een weverij in Enschede doek geweven. Ik had daar nog wat van liggen, en dacht: van die doeken kan ik mondkapjes maken.”

“Het leuke daaraan is dat het gerecyclede materiaal goed is voor het milieu. Maar dat is niet alles. De stof is daarnaast ook kwalitatief stevig geweven, kan op zestig graden worden gewassen én – niet geheel onbelangrijk voor een mondkap – is de stof is enigszins ademend.”

GOTS certificaat

Naast de bovengenoemde pluspunten is ook het ontwerp van de mondkap noemenswaardig. “Bij het ontwerp van deze mondkap heb ik een neusbrug gemaakt. Hierdoor sluit hij niet alleen beter aan (waardoor het kapje lekkerder zit) ook hebben brildragers hierdoor geen last meer van een beslagen bril.”

Klinkt ideaal, maar hoe zit het dan met bleekmiddelen – waar Hester bijvoorbeeld allergisch voor is – die aan tampons worden toegevoegd? Weevers: “Door het recycleproces zijn de meeste chemicaliën afgebroken, maar omdat het niet allemaal ecologische tampons zijn geweest, zitten in enkele stukjes nog chemicaliën. Ik heb daarom de voering gemaakt van katoen met een GOTS (Global organic textile standaard) certificaat.”

Door voorraad heen

De duurzame mondkapjes, die vijftien euro per stuk kosten, lijken een groot succes. “Binnen de twee dagen dat ze er zijn, ben ik al door mijn hele voorraad van vijftig mondkapjes heen. Er is zelfs een klant geweest die de mondkapjes kocht om ze in te lijsten, als grapje voor haar man. Het hangt dus ergens nu als kunst aan de muur. Het is leuk dat mijn ontwerp voor een lach zorgt.”

Toch maakt Weevers waarschijnlijk geen extra exemplaren meer. “De geweven tamponstof is op. Ik heb nog wat stof van hennep liggen, dus die maak ik daarna op, en dan is het klaar denk ik. Maar zeg nooit nooit.”

Lees ook
Waalwijks AD-vies: ‘Behandel je mondkap alsof ’t je onderbroek is’