Babyhaar

Babyhaar, in het algemeen heeft bijna iedereen er last van. “De wereld mengt zich met elkaar, dus er komen steeds meer verschillende structuren in het haar. Krult jouw haar een beetje, of heb je slag, dan is het raak. Heb je weinig haar of een supersteile coupe, dan heb je er waarschijnlijk ook minder tot geen last van.”

Welke haarstructuur je hebt, is genetisch bepaald. “Waarom ze het babyhaar noemen? Geen flauw idee. Het lijkt op nieuw haar, maar babyhaar groeit vaak niet en blijft in dezelfde hoeveelheid bestaan. Daarnaast vind je het enkel aan je haargrens: langs je oren, op je voorhoofd of in je nek. Je raakt het niet kwijt.”

Gelukkig nieuw haar

Het is dus niet te verwarren met nieuw of afgebroken haar. “Je haar breekt vaak af door overmatig kleuren, of wanneer je het bijvoorbeeld altijd in een (te strakke) staart draagt. Het dragen van sjaals of te harde wind. Allemaal niet bevorderlijk voor fijn structuur-haar. Ook dan kun je fijne haartjes krijgen aan de voorkant van je kapsel of in je nek. Maar deze haren groeien wél door.”

En compleet nieuw haar groeit door je hele kapsel heen. Niet enkel aan de haargrens. “Bij sommige mensen gaat één haar tien jaar mee, bij anderen maar twee. Valt je haar uit, dan groeit er weer een nieuwe voor in de plek. Maar dit gebeurt niet met bosjes tegelijk, en is dus iets anders dan het pluizige babyhaar, dat vaak wel in een grote lok aan je voorhoofd lijkt geplakt.”

Tenzij je zwanger bent geweest, wanneer je haar met bosjes verdwijnt én verschijnt. “Tijdens je zwangerschap houd je veel haar vast. Door de veranderingen in je hormoonhuishouding valt het haar uit na je zwangerschap. Maar ook dit haar groeit – in tegenstelling tot babyhaar – weer terug, met een centimeter per maand.”

Tips & tricks

Hoewel het dus niet weggaat – en ook niet langer groeit – kun je er volgens Van der Ree ‘van alles’ mee. Met dat babyhaar, dus.

• “Gebruik vooral zachte borstels en kammen, en vermijd de synthetische versie. Echt paardenhaar is een goede optie.”
• “Wenkbrauwgel kun je niet alleen voor je wenkbrauwen, maar ook voor je babyhaar gebruiken. Wil je ze in een staart, dan kam je ze met wat wenkbrauwgel zo naar achter.”
• “Spray een beetje haarlak op een zachte of oude tandenborstel en kam het naar achter.”
• “Gebruik nooit een stijltang of te hete föhn voor je babyhaar: daardoor gaat het op langere termijn nog meer pluizen.”
• Kneed wat pommade of een haarpasta in je babyhaar. Een beetje haarspray fixeert je haar weer tegen vochtig weer.”
• “Wil je je haar los dragen? Dan kun je de pluizige haartjes langs je gezicht laten vallen, door met een middelwarme föhn aan de slag te gaan. Je haar moet dan goed nat zijn, waarna je het kurkdroog föhnt, in de gewenste richting. Is het droog, dan gebruik je de föhn nogmaals op de koude stand, in diezelfde richting. Daarmee fixeer je de vorm.”
• “Omarm die kleine haren. Maak een krulletje van je pluizige lok, en plak deze vervolgens op je gezicht met haarspray. Heel sjiek.”
• “Last but not least: slaap op een satijnen kussensloop. Niet alleen goed voor de rimpels, maar ook voor je pluizige haren.”

Dit artikel verscheen eerder op LINDA.nl in augustus 2021. 

Alles wat je moet weten over droogshampoo (en zo vaak gebruik je het)Lees ook