Hartkloppingen

Nee, de overgang is zeker geen feestje, weet De Bruin. Op haar 47ste wordt ze wakker met hartkloppingen. Is het een hartaanval? Haar man belt de ambulance. In het ziekenhuis volgt de diagnose: de overgang.

Lees ook
Nachtzweten, opvliegers: zo kun je de overgangsklachten verminderen

1,8 miljoen vrouwen zitten momenteel in de ‘overgangsleeftijd’, weet De Bruin. 80 procent heeft klachten, 30 procent zeer zware klachten. De overgang verschilt van persoon tot persoon. De een merkt er niets van, een ander heeft dertig jaar lang klachten.

‘Niet over lullen, maar gewoon doorgaan’, dat wordt gezegd over de overgang. Maar het gebrek aan kennis kan zorgen voor problemen. “Vrouwen krijgen vaak onterecht de diagnose burn-out”, vertelt De Bruin. “In de overgang word je minder veerkrachtig. Eerst kon je alles aan, dat wordt minder. Huisartsen en bedrijfsartsen leren hier niets of weinig over tijdens hun opleiding. Zonde.”

Creatiever

Gelukkig zijn er ook positieve kanten aan de overgang, zo vertellen verschillende vrouwen ook in de podcast. Een van hen zegt veel creatiever te zijn. Dat hoorde Bridget Maasland ook, zo vertelde zij eerder: “Het mooie is, daar ben ik via mijn psycholoog achter gekomen, dat vrouwen hun grootste meesterwerken pas na de overgang hebben gemaakt. Dat vind ik wel een prettige gedachte. The best is yet to come.”

Relaxter

Eigenlijk is de overgang net als de puberteit, zegt De Bruin. “Je verandert en herkent jezelf niet meer terug.” In de podcast beschrijven vrouwen een gevoel van rust. Ze zijn veel relaxter nu. “Je staat vrijer en sterker in je schoenen”, vertelt de visagiste van De Bruin in de podcast. “Je wordt opnieuw geboren.”

Lees ook
In de overgang op je 25ste: ‘Ineens was mijn kinderwens van de baan’

Meer vrouwen vertellen zich minder aan te trekken van wat van ze verwacht wordt. “Ik was altijd nogal secundair, dus als ik kwaad werd, hield ik me in”, vertelt emeritus hoogleraar Maaike Meier. “Na de overgang veranderde dat. Ik werd veel directer, nam geen blad meer voor de mond. Ik voel me veel meer in evenwicht.” Docente Mariska Stolk: “Ik kan nu veel beter relativeren en beter kiezen voor dingen die echt belangrijk zijn.”