Het is vijf uur ’s nachts. Al meer dan een half uur lig ik wakker in bed en dat is niet de eerste keer deze week. Nadat ik nog twee keer geprobeerd heb mijn ogen dicht te doen om in slaap te vallen, staak ik mijn pogingen. Weer een verloren nacht en ik drentel door een slapend huis naar beneden.
Op de bank in de huiskamer voel ik me moe en onrustig en bedenk me dat dit de vierde aaneengesloten nacht van slapeloosheid is.