Dat ik die zogenaamde #genietmomentjes met mijn kind saai vind, zegt iets over wat voor mens ik ben. Een slechte moeder, dát in ieder geval.
Ik zit aan de keukentafel. Mijn zoon zit in zijn zitje in de kinderstoel aan het hoofd.
Dat ik die zogenaamde #genietmomentjes met mijn kind saai vind, zegt iets over wat voor mens ik ben. Een slechte moeder, dát in ieder geval.
Ik zit aan de keukentafel. Mijn zoon zit in zijn zitje in de kinderstoel aan het hoofd.
Hij is een maand of acht en schattig op een manier waarop kinderen van een maand of acht dat zijn. Veel bewegingen, weinig controle, weinig woorden, veel geluid. Ik voer hem hapjes groenteprut met een plastic lepeltje uit een plastic bakje. Hij hapt en smakt, spuugt de helft van wat hij in zijn mond heeft weer terug op de lepel, en ik duw het weer terug. En ik verveel me, god, ik verveel me zo.
Ik had van tevoren veel nagedacht over alle aspecten die de eerste jaren van het ouderschap zwaar zouden kunnen maken, maar bij de verpletterende saaiheid der kinderdingen had ik nooit zo stilgestaan.
Voor ik de ‘krijg dan geen kinderen!’-brigade en de ‘het leven hoeft niet alleen maar leuk te zijn!’-taskforce over me heen krijg: mijn kinderen staan heel hoog in het lijstje absolute hoogtepunten van mijn leven. Ook is het niet zo dat het onzelfzuchtige van het zorgen me tegenstaat. Juist niet: laat mij maar boterhammen smeren, haren kammen, koortsige hoofdjes aaien of gebutste knietjes kussen.
Het zijn juist de zogenaamde quality time-momenten die zogenaamd ‘leuk’ zouden moeten zijn, dat de verdeling soms over me heen valt als een zware deken.
Wanneer ik met mijn kind samen op een speelkleed zit en mijn aandacht niet bij de zoveelste blokkentoren, puzzel of duplo-sessie kan houden.
Wanneer ik met mijn kind in een druilerige speeltuin zit, tegen een schommel duw, op de rand van een zandbak zit en de tijd trager, o god zóveel trager gaat dan ik verdragen kan.
Ik schaamde me er lange tijd voor. Dat mag je best weten. Hoe saai ik vaak juist de zogenaamde #genietmomentjes vind. Omdat ik het gevoel had dat mijn verveling iets zegt over wat voor mens ik ben. Dat het me gevoelloos maakt, of erger nog: verdorven. Een slechte moeder, dát in ieder geval.
En ik ben niet de enige. In Kroegpraat van Liesbeth Rasker deelden talloze vrouwen onlangs (anoniem) hoe saai ze veel kinderdingen heimelijk vinden. En hoe veel ze zich daarvoor schamen.
Het interessante is: mijn vriend, de vader, vindt kinderdingen ook vaak saai, maar hij schaamt zich er in het geheel niet voor. En gevoelloos en verdorven voelt hij zich ook al niet. Ten eerste vindt hij dat de saaiheid van bovengenoemde activiteiten helemaal niet ter discussie staat.
“Maar Floor, een baby groenteprut voeren IS ook gewoon ontzettend saai. En voor de dertigste keer in slakkentempo dezelfde babypuzzel in elkaar zetten is dat ook. En in een zandbak spelen al helemaal. Ik zie niet in waarop je jezelf daar een complex over zou hoeven aanpraten.” Misschien begrijp je waarom ik met hem samen ben.
Ten tweede ziet hij het feit of hij zich al dan niet verveelt tijdens deze activiteiten als totaal irrelevant. De eerste jaren met een kind bestaan volgens hem nu eenmaal uit een heleboel activiteiten die je kind ten goede komen en waar je zelf niet per se altijd veel zin in hebt. De liefde en toewijding voor je kind uit zich in het feit dat je die dingen ondanks eventuele tegenzin toch doet.
En misschien heeft hij daarmee wel de crux te pakken, vaders rekenen zichzelf als vader vooral af op wat ze met en voor hun kinderen doen, moeders verplichten zichzelf om er ook nog eens continu de juiste dingen bij te voelen. Alsof moederliefde een soort partydrugs zou zijn, die ieder moment in het ouderschap van een soort gouden glans zou voorzien en zelfs het meest geestdodende spelletje met het eigen kind tot een soort euforisch feestje zou moeten maken.
Ik zeg: laten we daar eens mee ophouden. Soms doe je dingen gewoon voor je kinderen en verveel je je daarbij helemaal te pletter. Dat maakt je geen onmens. Hooguit een volwassene.
De baby van acht maanden is inmiddels zeven. Zijn jongere zus is vier. De groenteprutjes hebben plaatsgemaakt voor boterhammen. De puzzels voor strijkkralen en de zandbak voor het voetbalveld. Soms zitten we aan tafel te tekenen, terwijl ik een politieke podcast luister. Vinden ze takkesaai natuurlijk, maar dat boeit niet, want we doen het samen.
Je af en toe een beetje vervelen voor een ander, misschien is dat wel wat liefde is.
'Geen vraag zo dodelijk als: 'Maar jij bent toch de moeder?''Lees ookFloor Bakhuys Roozeboom (40) is journalist en schrijver. Ze woont samen met haar vriend en hun zoon (7) en dochter (4) in Haarlem tussen alle andere burgerlijk geworden Millennials. Dit najaar verschijnt haar debuut Daar ben jij nou eenmaal beter in over mannen, vrouwen en ouderschap.