‘Het zag er niet uit, joh! Het bungelde van het ene naar het andere been.’ Ze maakt er gebaren bij alsof ze een hete aardappel van de ene naar de andere handpalm jongleert. ‘Ik weet het zeker, Puck: die gast had echt geen onderbroek aan. Wát smerig.’
Charlie vertelt tijdens het eten over de man die ze zag lopen. Zijn edele delen genoten een swaffelende vrijheid in z’n joggingbroek.