“Het gaat de goede kant op”, zegt pap met een zwakke stem. Zijn hoofd hangt een stukje verder naar voren dan de vorige keer toen ik tegenover hem zat. “Als ik opsta doe ik meteen mijn oefeningen van de fysio. Eerst waren het er tien maar ik haal nu met gemak een sessie van vijftien”, zegt hij met gepaste trots als hij naar Charlie kijkt.
De eettafel is bezaaid met poststukken, krasloten, medicijnen en broodkruimels.