Pap is jarig en organiseert een feestje in z’n tehuis met een handvol mensen. Ik haal mam op. Speciaal voor de gelegenheid is ze feestelijk aangekleed. Het haar glijdt nog voor d’r ogen, dus ik veeg het netjes opzij, in een lok. Die nabijheid irriteert haar. “Zo kan je tenminste in de spiegel kijken hoe mooi je bent”, leg ik rustig uit. Ik zie een flauwe glimlach.
Op onze weg naar buiten komen we Els, een medebewoonster met een pezig lichaam, tegen. Ze heeft felle, sprekende ogen. “Doe jij de poort eens voor me open”, sommeert ze. Els doet dat bij iedereen die hier rondloopt. Soms schud ik mijn hoofd, soms leid ik haar af en vandaag zeg ik: “Dat doe ik later, ok?”