Laten we verstandig zijn en naar huis gaan. Na een etentje met vrienden stelt iemand voor om nog een afzakkertje te doen. Mijn vrouw en ik wisselen een blik en zonder wat te zeggen weten we allebei wat er gaat gebeuren. We gaan.
Het is morgen weer vroeg dag, druk op ons beider werk en als we nu vertrekken liggen we op een keurige tijd weer in het mandje. Dan maar geen laatste rondje.