‘Menstrueer je nog?’, vraagt mijn niet-onknappe buurman, terwijl hij mij van achteren stevig tegen zich aantrekt.
Het klinkt als de eerste zin van een nogal wonderlijk bouquetreeksromannetje.
Maar ik kreeg de vraag vorige week echt van mijn eigen niet-onknappe buurman. En hij trok me inderdaad stevig tegen zich aan. Maar mijn buurman is osteopaat en probeerde me te kraken, wat nog een hele klus is als je zo vast zit als ik. Anderhalve minuut eerder had hij heel hard aan mijn grote teen getrokken (“Alles is met elkaar verbonden, Suus”), maar dat zou helemaal een vreemde openingszin zijn geweest, zelfs in een bouquetreeks.