Er staat sinds een paar maanden een hele dure auto op de parkeerplaats van het gebouw waar we wonen. Althans, dat zegt mijn man, ik heb geen verstand van auto’s en ze interesseren me ook totaal niet. De auto is van een van onze buren, om precies te zijn: van de buurvrouw die, toen de oorlog in Oekraïne begon, halsoverkop met haar kinderen uit hun buitenwijk van Kyiv vluchtte. Naar Nederland, waar haar man al als expat woonde en werkte.
De buurvrouw is dankbaar dat ze hier nu veilig zijn. Maar verder wil ze eigenlijk het liefst gewoon terug. Naar haar eigen huis, spullen, vrienden en familie – al heeft het merendeel van hen ook Oekraïne verlaten, weg van de bommen en de soldaten die plunderend, moordend en verkrachtend door de straten trekken.