De puberteit heeft de gezinsdynamiek tot in de wortels aangetast. Zo heeft Charlie haar rol van sidekick ingeruild voor die van voice-over. Eerst was ze Pucks partner in crime tegen de gezamenlijke vijand, tegenwoordig geeft ze ongevraagd commentaar als de onenigheid tussen moeder en zus escaleert.
Zoals vanochtend toen ik mijn Lancôme-mascara, die ik al dagen kwijt was, in een lade op Puck d’r kamer vond. Nu is dat geen ramp maar het feit dat ze ontkent het gepakt te hebben… Daar heb ik wél moeite mee.
“Wie heeft het er dan neergelegd?”, vraag ik sarcastisch.
“Nou, ik was het in ieder geval niet”, sneert Puck. Ik lach. “Ik vind het net in jouw lade.”’ “Ja?” Ze is nijdig. “En? Dus? Dit is zoooo typisch. Je geeft me altijd van alles de schuld.” Ze loopt richting de badkamer en smijt de deur dicht. Op dat moment huppelt Charlie, net wakker, in pyjama in de gang voorbij. Zodra ze de trap afloopt, zegt ze: “En toen bleef het nog lang stil aan de Molenweg nummer 12…”