Jackie schrijft om de twee weken over haar zoon die zich een meisje voelt. Ze heeft twee kinderen en werkt in de zorg.
'Wat als ik moet bewijzen dat hij mijn zoon is, zou hij zijn onderbroek omlaag moeten trekken?'
Soms, (eigenlijk altijd, als ik eerlijk ben), ben ik een grotere angsthaas dan mijn zoon. Deze zomer had hij een nieuwe identiteitskaart nodig. Op de foto van zijn oude kaart zag ik een tweejarig jongetje ernstig in de camera kijken. Maar voor mij stond een zevenjarige met lang haar en jurken in alle kleuren van de regenboog.
Tijd voor de kapper. Tijdens de lockdown had hij zelf aan beide kanten een stuk van zijn haar afgeknipt. Om verwarring te voorkomen, had ik van tevoren de kapper ingelicht dat hij eruit ziet als een meisje.
Eenmaal in de kappersstoel werd hij behandeld als ieder ander kind. De kapper overtuigde hem een bob te nemen ter hoogte van zijn kaak. Hij vond het prachtig. “Zal ik het mooi föhnen?”, vroeg ze hem. Tot mijn spijt moest ik ingrijpen. “Liever niet”, zei ik tegen haar, “houd het maar een beetje unisex, want hij moet op de foto voor zijn identiteitskaart”.
Een half uurtje later zat hij op de stoel voor de foto, met zijn nieuwe coupe en zijn rode bloemetjesjurkje. Had ik hem een t-shirt aan moeten trekken? Zou deze foto de douane ervan kunnen overtuigen dat dit kind, zoals de identiteitskaart aangeeft, fysiek een jongen is? Op hoop van zegen dan maar.
Vervolgens naar het stadhuis voor de nieuwe kaart. “Mama, mag ik mijn lakschoentjes aan?” “Vandaag niet lieverd, trek je gympen maar aan, dan heb je ook iets jongensachtigs aan.”
Ik maakte me zorgen. Zorgen dat de mevrouw achter de balie zou zeggen: “Dit kind dat ik hier voor mij zie, is dat hetzelfde kind als op de oude identiteitskaart? Ik zie hier ‘jongen’ staan, maar is dit niet een meisje?” En wat als ik dan zou moeten bewijzen dat hij mijn zoon is, wat zouden we dan moeten doen? Zou hij dan zijn onderbroek naar beneden moeten trekken?
In werkelijkheid bleek de mevrouw achter de balie een baken van professionaliteit. Ze maakte de aanvraag in orde. Ze vroeg mijn kind zijn naam te schrijven en luisterde naar zijn verhalen over groep 3. En toen alle formaliteiten waren afgerond, zei ze: “Wat heb jij een mooie jurk aan.”
De mens lijdt het meest door het lijden dat hij vreest, dat is duidelijk. Gelukkig ben ik tot nu toe degene die lijdt, en niet mijn kind. En hopelijk blijft het daarbij, want er gaat wat veranderen in Nederland. Binnen een aantal jaren verdwijnt de geslachtsaanduiding van de identiteitskaart. Dan hoeft een jongen er niet meer uit te zien als een jongen en een meisje niet meer als een meisje. Dan mag iedereen gewoon eruit zien als zichzelf.
Lees ook
‘In ons stadje kunnen alleen meisjes op recreatief turnen’