Jullie stuurden ons via Instagram allerlei brandende vragen rondom zonnebrandcrème. Tijd om daar samen met huidtherapeut Luus van Eck (ook bekend als Sproetonline) diep in te duiken. Én de vragen te beantwoorden, natuurlijk.
Geloof ons: met dit zonnige weer wil je deze informatie absoluut niet missen.
We gaan meteen van start met de eerste vraag. “Kies in de lente- en zomermaanden altijd voor factor 30 of 50. Factor 30 houdt 97% van het zonlicht tegen en factor 50 98% – let er daarbij wel op dat je de juiste hoeveelheid gebruikt. In de herfst en winter vind ik factor 15 of 20 vaak voldoende. Maar: vaak staat deze factor bijvoorbeeld ook aangegeven op je dagcrème. In de realiteit smeer je vrijwel nooit genoeg om de hele factor te ‘halen’. Ik adviseer dus om altijd een aparte zonnebrandcrème te gebruiken.”
Luus vertelt: “Er wordt natuurlijk vaak gezegd dat de factor in je zonnebrand aangeeft hoe lang je in de zon kunt zitten zonder te verbranden. Maar factoren als blootstelling aan de zon, transpireren of zwemmen verminderen de werkzaamheid van het uv-filter. Daarom is mijn advies tóch om zonnebrand elke twee uur aan te brengen. Dit geldt als je buiten bent, maar ook als je binnen achter een raam of in de auto zit.”
Luus vervolgt: “Bepaalde chemische zonnefilters als oxybenzone, octinoxate en octocrylene springen eruit wanneer we kijken in hoeverre zij het koraal in onze zee kunnen beschadigen. Deze hebben daarom niet mijn voorkeur. Daarnaast zijn er studies die laten zijn dat oxybenzone en octocrylene vervelende huidreacties uitlokken.”
“Daarom raad ik de parfumvrije zonnebrandcrème van Naïf aan. Deze is vrij van microplastic, waterbestendig en heeft een ingrediëntenlijst met huidvriendelijke bestandsdelen.” Daarnaast bieden de zonproducten van Naïf door hun minerale zonnefilter direct hoge zonbescherming. Wil je ze zelf proberen? Je vindt de zonproducten van Naïf hier.
Verder willen we niet alleen onszelf, maar ook onze kroost goed beschermen tegen de zon. Daar weet Luus raad mee: “De zonnebrandcrème uit de bovenstaande lijn kun je ook op de gevoelige kinderhuid smeren.” Kies daarbij voor een variant die gemakkelijk aanbrengt. Of dat nu een crème, spray of stick is. Ze vervolgt: “Als je kindje het vreselijk vindt om ingesmeerd te worden, is de kans groter dat je (te) weinig smeert.”
“Tot slot zou ik jonge kinderen en baby’s zoveel mogelijk uit de zon proberen te houden,” vervolgt ze. Lekker samen de schaduw in, dus. Daarmee maak je het jezelf een stuk makkelijk.
Pak je regelmatig een geopende zonnebrandcrème van vorig jaar weer achter uit de kast? Dat kun je volgens Luus beter niet doen. Ze vertelt: “Ik heb toevallig vorig jaar een testje gedaan door mijn linkerarm in te smeren met een zonnebrand van 1,5 jaar geleden, en mijn rechterarm met dezelfde zonnebrand, maar dan nieuw. Je raadt al welke arm na een uur verbrand was. Koop dus jaarlijks gewoon een nieuwe.”
“O, en een extra tip: leg je zonnebrand altijd op een zo koel mogelijke plek wanneer je ‘m meeneemt. Wanneer je je zonnebrand in de volle zon legt, heeft dit ook een negatieve invloed op de werking.”
Als kers op de taart nog een laatste tip van Luus. “Eén van de meest gestelde vragen die ik krijg, is hoe je zonnebrand opnieuw aanbrengt over je make-up. Dat doe ik zelf door deze voorzichtig met een make-up spons op mijn gezicht te deppen. Op die manier gaat de boel niet zo schuiven.” Dankjewel Luus en Naïf, wij kunnen gerust (en beschermd) de zomer door.
